Weggestopt wonen boven waterbassin
„Tijdelijk”, noemt tuinder Jacob Jong (62) uit Roelofarendsveen zijn appartement boven de waterbassins van zijn potplantenkwekerij. Illegaal, meent de gemeente Alkemade. Jong moet dan ook vertrekken van het college. Volgens de tuinder dwarsboomt de gemeente hem gewoon. Jong is niet de enige tuinder met dit probleem.
Op het eerste gezicht is er niets bijzonders te zien aan de potplantenkwekerij van firma Jong aan de Sotaweg in Roelofarendsveen. Alleen het balkon bij de tuindersloods valt wat uit de toon. Ook een garagedeur met bijbehorende voordeur komt wat misplaatst over. De loods dient sinds enkele jaren als woning van het tuindersechtpaar Jacob en Miep Jong. Volgens hen is het de enige manier om bij hun bedrijf te blijven wonen.
Jong kweekt al 39 jaar potplanten aan de Sotaweg. Al die tijd woonde hij in een bedrijfswoning naast de kwekerij. De moeilijkheden ontstonden nadat zijn zoon in 2001 aangaf het bedrijf te willen overnemen. „We dienden een verzoek in voor een tweede bedrijfswoning. Dat werd afgewezen, omdat ons bedrijf daar te klein voor zou zijn. Ook het plaatsen van een tijdelijke woning, een chalet, werd niet toegestaan.”
Het probleem is niet uniek, zegt belangenorganisatie LTO Nederland. Woordvoerder A. Willemsen vertelt dat het een aantal jaren geleden veel voorkwam in de Bollenstreek. „Daar waren ook complete woningen in bollenschuren gebouwd, maar die moesten helemaal gesloopt worden. Gemeenten voeren op dit punt nu eenmaal een stringent beleid. En daar staan wij achter.”
Toch wilde Jong kostte wat het kost bij het bedrijf blijven wonen. Behalve een gewone kwekerij runt hij namelijk een proefkwekerij voor een Engelse zaadfirma. „Ik zaai in de winter wel 600 verschillende soorten tuin- en perkplanten. Kwekers uit de hele wereld komen kijken naar mijn assortiment. Om dat voor elkaar te krijgen, moet je er als het ware bovenop zitten.”
Jong is tot ’s avonds laat in de kassen te vinden. „Zelfs vlak voor ik naar bed ga, neem ik nog even een kijkje. Dat kan alleen als je bij het bedrijf woont. Ik wil het graag volhouden tot mijn 65e, maar dat wordt mij niet gegund.”
Na de afwijzing van het plan voor de tweede bedrijfswoning, besloot Jong senior met zijn vrouw een deel van de bedrijfsruimte geschikt te maken voor bewoning. Zoon Johan kon daardoor de bedrijfswoning betrekken. Jong: „Boven de waterbassins hebben we een woning gebouwd die er als een schuur uitziet.”
Op 1 november 2003 betrok het echtpaar de illegale woning. Een maand later tikte de gemeente hen al op de vingers. De boodschap: de woonruimte was illegaal, het echtpaar diende te vertrekken. „Ze hielden ons gewoon in de gaten.”
Het jaar 2004 bleek een rampjaar te worden. „Oogsten mislukten of draaiden door. Mijn broer, zijn vrouw en dochter verongelukten. In december kregen we bericht dat we gemeente Alkemade 100.000 euro dwangsom moeten betalen als we niet zouden vertrekken. Dat was echt de doodsteek.”
Jong zucht nog eens. „Ik word hier een paar keer per nacht wakker van. In de kwekerij heb je ook tegenslagen, maar dit is onmenselijk. De verantwoordelijke wethouder, Uit den Boogaard, heeft geen enkel begrip voor de situatie. Zijn partij, Mooi Alkemade, beloofde tijdens de verkiezingen op te komen voor de tuinders in de gemeente. Maar nu lijkt het wel alsof ze de tuinders weg willen hebben.”
Jong is niet meer in staat de wethouder te ontmoeten tijdens de hoorzitting van aanstaande maandag. Een bemiddelaar zal het woord doen.
Wethouder C. Uit den Boogaard van de gemeente Alkemade is zich van geen kwaad bewust. „In 2003 kregen we van het Rijk opdracht om illegale bouwsels aan te pakken. Dat doen we nu. Ik denk dat we op dit moment zo’n 100 tot 150 zaken aan het onderzoeken zijn.”
LTO-woordvoerder Willemsen erkent dat er meer illegale bouwsels te vinden zijn bij kwekerijen. „De meeste blijven geheim. En als ze ontdekt worden, is het ook gelijk afgelopen.”
In schrijnende gevallen wil de organisatie nog wel eens als bemiddelaar optreden. „We kunnen dan aandringen op een alternatief, bijvoorbeeld een tijdelijke stacaravan bij de kwekerij. Maar dan moet de gemeente wel mee willen werken.”
Volgens wethouder Uit den Boogaard wist Jong waar hij aan toe was, toen hij met de illegale bouw begon. „Een onafhankelijke commissie concludeerde tot twee keer toe dat zijn bedrijf te klein is voor twee woningen. Ongetwijfeld heeft hij een unieke kwekerij, waar hij dicht op moet zitten. Maar dan had hij tot zijn pensionering in de bedrijfswoning moeten blijven wonen en zijn zoon in het dorp. Dat kon voor die tijd toch ook?”