Op buitenlands beleid zijn weinig veranderingen te verwachten
Het buitenlandse beleid van het nieuwe kabinet verschilt weinig van zijn voorgangers. De Europese Unie blijft centraal en de aandacht richt zich opnieuw op de regio’s rond de unie, komt naar voren uit het regeerprogramma. De hulp aan Oekraïne gaat „onverminderd” door.
„Het kabinet gaat een realistisch buitenlands beleid voeren, dat de belangen van Nederland en Nederlanders dient, onze waarden niet uit het oog verliest en onze vrijheden verdedigt”, schrijft het kabinet in het hoofdstuk Internationale Veiligheid.
De EU blijft het hart vormen van die realistische buitenlandse politiek. „Nederland onlosmakelijk verbonden met de EU. Nederland profiteert van een sterke EU en blijft een constructieve partner in de EU, ook om onze eigen doelen te bereiken.” Ook voor de veiligheid is Europa onmisbaar. Wel staat het kabinet „zeer kritisch” tegenover uitbreiding van de EU. Onder meer Oekraïne, Moldavië en Bosnië bereiden zich voor op het EU-lidmaatschap.
De meeste aandacht zal uitgaan naar de regio rond de Europese Unie zoals Noord-Afrika, de Sahel en het Midden-Oosten. Crises daar hebben direct gevolgen voor Nederland. Het kabinet wil „de stabiliteit in kwetsbare landen bevorderen, in het bijzonder in de bredere nabuurregio van Europa (die soms tot dieper in Afrika reikt)”.
Oekraïne behoudt alle steun van het kabinet van PVV, VVD, NSC en BBB. Aan dat beleid wordt niet getornd, zoals al een paar keer door premier Dick Schoof benadrukt. „De oorlog van Rusland tegen Oekraïne is momenteel de grootste bedreiging van onze veiligheid, in Nederland en Europa”, aldus het kabinet. Ook zullen Armenië en Moldavië extra steun krijgen.
De bezuiniging op het postennetwerk wordt beperkt, zoals al eerder was uitgelekt. „De eerder door het kabinet aangekondigde bezuiniging op het ambtenarenapparaat zal voor ambassades, consulaten en permanente vertegenwoordigingen geen 22 procent maar 10 procent bedragen.”