Naast versnelling van maatregelen die tot klimaatneutraliteit moeten leiden, is de Europese Unie er de afgelopen jaren in geslaagd het hoofd te bieden aan kritieke risico’s voor haar energievoorzieningszekerheid, zo staat in het rapport. Zo daalde de EU-import van Russisch gas van 45 procent in 2021 tot 18 procent in juni 2024. „Dat laat zien dat we niet langer afhankelijk zijn van Poetins pijpleidingen”, zei Eurocommissaris Kadri Simson (Energie).

Het is de EU gelukt de energiemarkt en de energieprijzen weer onder controle te krijgen, zo meldt de Commissie verder. Die energieprijzen moeten wel verder omlaag en daar moet hard aan worden gewerkt. Dat is „van cruciaal belang om het concurrentievermogen van de EU-industrie te verbeteren”, zegt de Europese Commissie.

Ook op andere terreinen moet er een tandje bij. In 2022 is het energieverbruik in de EU weliswaar met 4,1 procent gedaald, maar dat is bij lange na niet genoeg om de afgesproken daling met 11,7 procent tegen 2030 te halen. De elektrificatie van verwarmingsapparatuur moet sneller, evenals de renovatie van gebouwen.

De toenemende energiearmoede moet eveneens worden aangepakt, vindt de Commissie. Een op de tien Europeanen (10,6 procent) zei vorig jaar dat ze hun huis niet warm genoeg kunnen krijgen. In vergelijking met 2022 gaat het om een stijging van 1,3 procentpunt. De stijgende energiearmoede is veroorzaakt door de energiecrisis en inflatie.

Zowel lidstaten afzonderlijk als de EU kan deze armoede aanpakken. De lidstaten kunnen ervoor kiezen kwetsbare inwoners te beschermen tegen extreem hoge kosten, zoals eerder Nederland deed. Op Europees niveau kunnen noodmaatregelen worden genomen als de prijs van aardgas enorm stijgt.