Scheidend commissaris Polman sloot Zeeuwen in het hart
Na ruim elf jaar vertrekt Han Polman als commissaris van de Koning in Zeeland. „Een lastige keuze, want ik ben verknocht geraakt aan Zeeland en de Zeeuwen.”
Polman (61) is sinds 2013 commissaris van de Koning. In maart dat jaar volgde hij Karla Peijs op. Hij gaat nu aan de slag bij de Raad van State. „Juist toen ik aan het nadenken was over een derde termijn, kwam deze vacature.”
Polman heeft veel zin in zijn nieuwe baan als staatsraad in Den Haag, maar zijn werk als CvdK gaat hij missen. „Ik heb het altijd met veel plezier gedaan. Ik laat iets moois achter, maar ga tevens een nieuw avontuur tegemoet. Een dubbel gevoel.”
Boos
Polman was een gerespecteerd commissaris, in Zeeland en daarbuiten. Een rustige man, die het als Twentse zoon prima kon vinden met de Zeeuwen en naar eigen zeggen in de loop der jaren ”Zeeuw onder de Zeeuwen” werd.
Hij is in die 11,5 jaar slechts één keer in het openbaar echt heel erg boos geweest. Dat was in 2020, ten tijde van de geruchtmakende beslissing van het kabinet om de verhuizing van de marinierskazerne van Doorn naar Vlissingen te elfder ure af te blazen. Dat gebeurde allemaal op een nogal stiekeme manier, nadat de provincie maanden aan het lijntje was gehouden. „Achter onze rug was de staatssecretaris allang op zoek naar alternatieven, maar als we vroegen of de verhuizing nog wel doorging, kregen we geen ontkennende antwoorden”, blikt Polman terug. „Ik vind dat je als bewindspersoon, juist als je met een lastig dossier bezig bent, altijd open kaart moet spelen. Eerlijkheid was in deze kwestie ver te zoeken. Als overheid hoor je zo niet met een andere overheid om te gaan.”
Bloemenwinkel
De afdeling advisering van de Raad van State, waar Polman aan de slag gaat, adviseert de regering onder meer over wetsvoorstellen, algemene maatregelen van bestuur, de miljoenennota en goedkeuringswetten voor internationale verdragen. Een taak die mooi aansluit bij zijn ruime bestuurlijke ervaring. „Ik bekleed straks niet langer een publiek ambt, maar het werk ligt wel heel dicht bij de Haagse politiek. Ik ga als het ware in het vooronder van het openbaar bestuur aan de slag.”
De carrière van de in Ootmarsum geboren Polman had heel anders kunnen lopen. „Mijn vader had een bloemenwinkel. Ik had hem kunnen opvolgen, maar van mijn ouders mocht ik studeren.” Het werd bestuurskunde, aan de Universiteit Twente, en zo is hij in het openbaar bestuur komen werken, eerst als ambtenaar op het ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij was gemeenteraadslid –ook als fractievoorzitter– voor D66 in Den Haag en burgemeester van Noordwijkerhout en Bergen op Zoom.
Vacatures
Polman en zijn vrouw hebben besloten in Zeeland te blijven wonen. Hij gaat dus heen en weer reizen naar zijn nieuwe werkplek aan de Kneuterdijk in Den Haag.
Polman laat een krimpregio achter, maar zelf spreekt hij liever van een gewest „van kansen”. „Het inwonertal is in Zeeland aan het groeien, en dat is goed voor het voorzieningenniveau. Er zijn veel vacatures voor mooie banen. Ik denk dat Zeeland op het vlak van verduurzaming en de zoektocht naar uitdagende langetermijnoplossingen voor de klimaatverandering en de zeespiegelstijging een provincie is met potentie. Zeeland kan daarin zelfs een voortrekkersrol vervullen, als je denkt aan de aanwezigheid van windmolenparken op zee en de mogelijkheden van de Voordelta voor nieuwe vormen van kustversterking.”
Hij vervolgt: „En vergeet niet dat wat de regering in Den Haag wil voor een groot deel afhangt van steun uit de regio. Het is dus belangrijk dat de nationale politiek Zeeland serieus blijft nemen.”
Eensgezind
Terugkijkend op de voorbije elf jaar vertelt Polman er fier op te zijn dat hij erin is geslaagd de samenwerking tussen de ‘overkanten’ te versterken. „Krachten bundelen, een gezamenlijke agenda formuleren, dat is heel belangrijk en ik denk dat Zeeland in dat opzicht grote stappen heeft gezet en, ondanks de bescheidenheid die de Zeeuwen kenmerkt, richting politiek Den Haag steeds meer met één mond is gaan spreken.” Het compensatiepakket ”Wind in de zeilen”, voor het niet doorgaan van de komst van de marinierskazerne, is mede de vrucht van die samenwerking, meent Polman.
„Borstklopperij, daar houden Zeeuwen niet zo van” - Han Polman, commissaris van de Koning
Hij raakte gehecht aan Zeeland en de nuchtere Zeeuwen. „Borstklopperij, daar houden ze niet zo van. De keerzijde daarvan is wel dat een Zeeuw niet zo snel geneigd is uit zichzelf te laten zien welke goede dingen er in deze provincie gebeuren.”
Toen Polman op 5 juli voor het laatst de Statenvergadering voorzat, kreeg hij na afloop een staande ovatie. Hij vond dat hartverwarmend. „Het overdonderde me. Om een dichter te citeren: Je hoeft hier niet geboren te zijn om hier vandaan te willen komen.”