Buitenlandse hulpverleners moeten Atjeh verlaten
De Indonesische regering heeft aangekondigd dat buitenlandse hulpverleners in het door tsunami’s verwoeste Atjeh de provincie voor 26 maart moeten verlaten. The Jakarta Post meldde dat vrijdag.
Vanaf 26 maart mag nog maar een beperkt aantal buitenlanders blijven, zo liet de nationale politie weten. Buitenlanders die werken voor de Verenigde Naties, non–gouvernementele organisaties (NGO’s) of media moeten de provincie verlaten, omdat hun aanwezigheid niet langer „verband houdt met de huidige situatie".
Tot de VN–organisaties die nog wel mogen blijven, behoren onder meer de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), de Voedsel– en Landbouworganisatie (FAO) en het kinderfonds Unicef.
De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) en de vluchtelingenorganisatie UNHCR van de VN moeten vertrekken, omdat er volgens de regering geen sprake is van vluchtelingen of migranten, maar alleen intern ontheemden. De politie zal ook de beweging van buitenlandse particulieren die de overlevenden in Atjeh helpen, beperken. Dat gebeurt volgens de politie „voor hun eigen veiligheid".
Momenteel zijn ongeveer 140 NGO’s uit 83 landen actief in Atjeh, dat op 26 december zwaar werd getroffen door tsunami’s. Zeker 140.000 inwoners kwamen daar het natuurgeweld om het leven.