Soedan ontkent hongersnood in vluchtelingenkamp Darfur
De regering van Soedan ontkent dat er hongersnood heerst in het vluchtelingenkamp Zamzam, nabij de stad Al Fasher in Darfur. De nationale commissie voor humanitaire hulp zei zondag dat de verhalen over ernstige voedseltekorten en dreigende massasterfte onder de ontheemden niet kloppen. De voorwaarden om van een hongersnood te kunnen spreken zijn „niet consistent”, aldus de verklaring.
Een rapport van de wereldwijde voedselzekerheidsmonitor, uitgebracht met steun van de VN, concludeerde deze week dat er sprake is van hongersnood. Door de acute ondervoedingverschijnselen en het aantal overlijdensgevallen is voldaan aan de criteria die daarvoor gelden.
In Zamzam verblijven naar schatting zo’n 400.000 vluchtelingen. Het Nederlands Rode Kruis noemde de situatie zaterdag verschrikkelijk. „Het kamp verandert langzaam in een begraafplaats”, aldus Derk Segaar. „Dat kan en mag niet gebeuren”.
In andere regio’s lukt het de Soedanese zusterorganisatie Rode Halve Maan af en toe nog wel eten, water en hulpgoederen uit te delen. Al Fasher is door de oorlog tussen het Soedanese leger en de paramilitaire Rapid Support Forces (RSF) onbereikbaar geworden voor hulpverleners. Aan oproepen om voor hen een veilige corridor te vormen, is tot dusver geen gehoor gegeven.