Waarom een boek over de twee brieven van Paulus aan de gemeente van Thessalonica?

„Dat heeft voornamelijk te maken met de Bijbellezingen die ik in de gemeente van Barneveld hield in het afgelopen winterseizoen. Tijdens de Bijbellezingen, en de voorbereiding ervan, bleek dat de brieven die Paulus schreef aan de Thessalonicenzen heel actueel zijn. Zo is er veel aandacht voor de wederkomst, waarvan de gemeente in Thessalonica dacht dat die spoedig zou aanbreken. Als we naar de tekenen van de tijden kijken, dan is dat een heel actueel thema.”

Is het denken over de wederkomst veranderd tussen de eerste eeuw en nu?

„Men dacht in Thessalonica dat er niemand zou sterven voordat Christus zou terugkomen. Men leefde heel sterk in de verwachting van de wederkomst. Die verwachting was zo sterk, dat mensen hun werk neerlegden. Want wat heeft werken nog voor zin als Christus bijna terugkomt? Toen stierven de eerste christenen. Dat zorgde voor verwarring. Hoe moet dat nu? Maken zij de wederkomst niet mee? Paulus gaat daar uitgebreid op in.

Ook wij moeten zo leven alsof Jezus iedere dag kan terugkomen. Tijdens belijdeniscatechisatie vraag ik: „Wat zou je nog doen als Jezus over drie uur terugkomt?” Met die vraag zijn christenen van nu te weinig bezig. We zijn druk met van alles en nog wat. Wie denkt er aan de komst van Christus en is bereid om Hem te ontmoeten? Zien wij uit en verlangen we naar Zijn komst? Als we de Bruidegom hebben lief gekregen, zien we als bruid uit naar Zijn komst.”

Wat kunnen we leren van christenen uit de eerste eeuw?

„De ondertitel van het boek luidt: ”Laat ons waken en nuchter zijn”. Dat is een tekst uit een van de brieven. Die roept christenen op om te waken, om uit te zien naar Zijn komst. De eerste christenen deden dat, zij het op een overspannen manier.

Tegelijkertijd worden we ook opgeroepen om nuchter te zijn. Dat betekent dat je je werk moet doen en je taak en roeping moet vervullen in het besef dat we op doorreis zijn. Een christen is als pelgrim onderweg naar de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Soms zijn mensen ontzettend bezig met de eindtijd. Dat komt in de brieven ook naar voren: hoe gaat dat, de wederkomst?”

U heeft ieder hoofdstuk voorzien van gespreksvragen.

„De vragen zijn opgesteld om te bespreken tijdens een Bijbelkring of om zelf over na te denken. Ze gaan in op wat in het gedeelte aan de orde komt en wat dit ons te zeggen heeft.”

Wat ontdekte u zelf tijdens het schrijven?

„Wat mij opviel, heeft te maken met de Bijbeltekst: „Hij Die u roept is getrouw, Die het ook doen zal.” Dit woord is voor mijzelf tot zegen geweest bij de roep naar een andere gemeente. Maar deze tekst staat in het kader van de heiligmaking – en niet zozeer als we geroepen worden tot een taak in Gods Koninkrijk. Overigens is het niet verkeerd om die tekst als leiding te zien bij een beroep. God roept ons op om heilig voor Hem te leven, een thema dat ook in de beide brieven naar voren komt. God doet die oproep met name voor jonge christenen die leven in een wereld vol verleidingen.

„Groei in het geloof is in de gereformeerde gezindte een wat verdacht thema” - Ds. J. Joppe, hersteld hervormd predikant

Het tweede wat me bijblijft, gaat over groei in het geloof. Dat is in de gereformeerde gezindte een wat verdacht thema. Het is mooi hoe Paulus daar dan over schrijft. Geestelijke groei betekent niet dat wij sterker en onafhankelijker worden, maar juist steeds afhankelijker worden van de Heere. Dan leef je in wat Jezus tegen Zijn discipelen zei: „Zonder Mij kunt gij niets doen.” Geestelijke groei is groei in de diepte. Die groei hoort er te zijn, maar alleen in de kennis en genade van Christus.”

ds. J. Joppe over zijn boek ”De brieven aan de Thessalonicenzen”