De minister zei dat maandagavond voor de televisie in een verslag van zijn tweedaagse bezoek. Hij wilde geen bijzonderheden geven, maar volgens de televisie doelde hij op een arrestatie in Tunis en niet op de verdachte die in Duitsland is opgepakt en vervolgens weer is vrijgelaten.

Schily had eerder maandag gezegd dat Duitsland er thans zeker van is dat de explosie van een auto met gastanks tegen een muur van de Ghriba-synagoge, waarbij zestien mensen onder wie elf Duitsers omkwamen, een aanslag is geweest. De Tunesische regering heeft dat inmiddels ook erkend. Voor de televisie zei Schily dat er technische bewijzen zijn voor een aanslag, Deze hebben betrekking op de manier waarop de gastanks op de wagen waren bevestigd, de inhoud van de tanks en de wijze waarop de explosie in zijn werk ging.

Schily zei dat er enkele hypotheses zijn over hoe en door wie de aanslag is gepleegd en dat daarbij voorlopig sprake is van nog minstens één verdachte naast de bij de explosie omgekomen chauffeur van de vrachtwagen. In hoeverre de sporen naar het buitenland lopen is niet duidelijk, zei hij. Behalve met Duitsland zijn er mogelijke connecties met Canada, Frankrijk en Pakistan.

Om samenwerking met de Tunesische autoriteiten te verbeteren wordt een werkgroep in het leven geroepen, zei Schily. Na een stroeve start wordt er volgens de minister nu „vol vertrouwen” samengewerkt.