Balkenende wil geen gekozen premier
Premier Balkenende ziet weinig in het VVD-voorstel om de kabinetsformateur, ofwel de premier, door de bevolking te laten kiezen. „Laten we nu niet het huis van Thorbecke iedere week van een nieuw behangetje voorzien”, zei hij vrijdag, verwijzend naar de liberale grondlegger van het Nederlandse staatsbestel.
VVD-aanvoerder Van Aartsen presenteerde de gekozen formateur afgelopen week als alternatief om uit de coalitieproblemen rond de wijziging van het kiesstelsel te komen.
De VVD voelt heel weinig voor het voorstel van D66-minister De Graaf (Bestuurlijke Vernieuwing) om de kiezer voortaan zowel op een landelijke als op een regionale kandidaat te laten stemmen. D66 heeft dat punt echter binnengesleept in het regeerakkoord en houdt eraan vast. Hetzelfde geldt voor de gekozen burgemeester, waarover de regeringspartijen ook niet op één lijn zitten.
Nederland lijkt behoorlijk verdeeld over de gedachte van een gekozen burgemeester en een gekozen formateur en premier. Zo’n 47 procent wil geen gekozen burgemeester en ruim eenderde geen gekozen minister-president, zo bleek gisteren uit een peiling van Maurice de Hond. Ongeveer 46 procent is wel voorstander van het kiezen van burgemeesters en 52 procent vindt dat kiezers een grotere rol moeten spelen bij de aanwijzing van de premier.
De resultaten wijken overigens af van een onderzoek dat eerder deze week werd uitgevoerd door TNS NIPO in opdracht van RTL Nieuws. Daaruit bleek dat een meerderheid van 72 procent voor de gekozen burgemeester is.
De top van het kabinet en de coalitiefracties voeren volgende maand overleg om tot een compromis te komen. Volgens premier Balkenende betekent dat niet dat het „klassieke torentjesoverleg” van voorgaande kabinetten weer terug is. Volgens de premier vond daarbij „dagelijkse afstemming” plaats. „Dat is voltooid verleden tijd.”