Van der Hoeven zei donderdag in Den Haag tijdens een bijeenkomst van haar partij dat het opleggen van een acceptatieplicht niets oplost. „Daar zit het probleem niet. Er zitten bijna even veel gekleurde kinderen op protestantse en katholieke scholen als op openbare scholen.”

Van der Hoeven wil het aantal zwarte scholen verminderen door een andere samenstelling van wijken te bevorderen. Volgens de bewindsvrouw is de school een afspiegeling van de wijk waarin hij staat. Dat heeft tot gevolg dat zwarte wijken ook zwarte scholen hebben.

Van der Hoeven vindt het PvdA-voorstel om leerlingen met achterstanden verplicht te spreiden over alle scholen in de gemeente strijdig met het recht op vrije schoolkeuze. Volgens de minister wil de PvdA terug naar de maakbare samenleving. Verplichte spreiding is „staatsregentisme.”

De roep om afschaffing van artikel 23 van de grondwet over onderwijsvrijheid is volgens de bewindsvrouw grotendeels ingegeven door angst voor de islam. „Angst die voor een klein deel heel terecht is waar het gaat om extremisme en fundamentalisme, maar voor een veel groter deel ook niet terecht is.”

Iedereen moet in de visie van Van der Hoeven zijn eigen godsdienst ook op school kunnen beleven. De school moet wel de deuren naar de samenleving openzetten. „Net als protestanten en katholieken moeten islamitische kinderen leren dat hun eigen opvatting over godsdienst niet door iedereen in Nederland wordt gedeeld. Ook moet duidelijk zijn dat Nederlandse wetten de godsdienst overstijgen en inkaderen.”