Meditatie: Groot gewin
1 Timotheüs 6:6
„Doch de godzaligheid is een groot gewin met vergenoeging.”
De godzaligheid is tot alle dingen nut, zowel tot tijdelijk geluk en voorspoed, alsook tot geestelijk heil en welvaren, om zo met een gezonde ziel in een gezond lichaam God in vrolijkheid des harten te kunnen dienen, danken en verheerlijken.
Het staat vast dat de belofte van het tegenwoordige leven, aan de godzaligheid hier vastgemaakt, zowel tijdelijke als geestelijke goederen beide insluit. Ja, maar zij heeft ook inzonderheid de belofte van het toekomende leven. Dat is van die goederen die na dit leven bij God in heerlijkheid genoten zullen worden, en die de volmaking zullen uitleveren van alles wat de godzaligheid hier nog ontbroken heeft. Goederen die wezenlijk duurzaam en bestendig zijn, alles in zich bevattend een volle verzadiging en vreugde (Psalm 16:11). Ja, een gans zeer uitnemend eeuwig gewicht van de heerlijkheid (2 Korinthe 4:17). Ziet, zulke dierbare belofte heeft de godzaligheid, als zij zich uitstrekt tot in de eindeloze eeuwigheid en haar bezitters een goed aanbrengt dat geen oog hier gezien heeft, geen oor gehoord heeft, en nooit in het hart van de mens is opgeklommen, hetgeen echter God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben (1 Korinthe 2:9). Daarom mocht Paulus van de godzaligheid ook zeggen dat ze een groot gewin is (1 Timotheüs 6:6), omdat zij voor tijd en eeuwigheid de mens gelukkig maakt.
Petrus Nahuys,
predikant te Monnikendam
(”Verzameling van veertien uitgezochte en stichtelijke afscheids- als intree- en andere predicatiën”, 1766)