„Zegeningen klinken waar anders wonden werden geslagen”
Wekelijkse blik op de kerkelijke bladen, aangevuld met citaten uit de kerkelijke wereld.
Doorgeven
Je kunt stapels boeken bestuderen over de missionaire roeping van de kerk, maar soms stuit je op een paar regels die meteen raak zijn. Ze leggen iets bloot en raken je hart. Dat overkwam mij laatst.
_„Wij, zonder geld op reis gegaan
en zonder bundel uitgezonden
om te genezen waar wij konden,
te zegenen waar and’ren slaan,
te vroeg vertraagde onze voet,
wij hebben ons te warm genesteld
en een weerbarstig fort gemetseld
rondom een volk dat trekken moet.”_
Zo opent een gedicht van voor de oorlog. Henk van Randwijk, leraar, journalist, schrijver, dichter en later verzetsman, bracht het uit in 1934. Dat is de tijd van de crisisjaren met grote werkloosheid en armoede.
In zijn gedicht zie je het voor je: Christus stuurt Zijn leerlingen erop uit, de grote wereld in. Zonder geld, zonder bepakking. Het lijkt niet veel voor te stellen. En toch! Ze gaan! Met het Woord en gedragen door de Heilige Geest.
Wonder boven wonder: waar zij komen, verschijnen de tekenen van Gods Koninkrijk. Mensen worden genezen. Zegeningen klinken waar anders wonden werden geslagen. Het leven uit Christus verslindt de dood in al zijn vormen. Die beweging van het Koninkrijk moet verdergaan in deze wereld. Naar onze buurten en wijken. Naar landen overzee.
De vraag is of wij ons laten inschakelen in die beweging. Van Randwijk is bang van niet. Wij zijn aan het vertragen, zegt hij. Wij zitten er warmpjes bij. Wij hebben ons teruggetrokken in ons fort. De bubbels van onze kringen, families, gemeenten blijken taai. Hier zijn wij kerklid. Daar werknemer, scholier of student. Even verderop sporten we in een andere kliek.
Zijn we in al die stukjes leefwereld nog wel mensen uit één stuk? Komen we tot echte ontmoetingen waarin we doorzichtig zijn voor anderen? Zo doorzichtig dat zij in ons, leesbare brieven, de Geest van Christus herkennen? We moesten toch verder trekken, dichtte Van Randwijk? Verder reizen door deze wereld? Met dat unieke waaruit een christen leeft en wat hij te vertellen heeft?
Dat reizen gebeurt zonder creditcard of backpack. Je bent dan afhankelijk. Afhankelijk van God en vriendelijke mensen, die geven wat je nodig hebt. Zo leven vormt je. Het maakt dat je scherp ziet dat je het Koninkrijk niet kunt brengen. Wij hebben niets in handen. Maar we zijn wel een instrument in Góds handen.
Misschien is dat wel het grootste probleem van westerse christenen. Dat zij er warmpjes bij zitten. En ook mijn leven is misschien wel te veel gericht op comfort. Staat er nog wel iets op het spel? Of zitten we onze tijd uit in ons aardse paradijsje in verwachting van de hemel? Tenminste, dat hopen we dan maar…
Zo kan het niet! Zo lauw, zo passief. De Meester roept! Om verder te trekken, „te zegenen waar and’ren slaan”.
Missionair consulent Peter L.D. Visser schrijft in Doorgeven, zendings- en evangelisatieblad van de Christelijke Gereformeerde Kerken, over de missionaire roeping van de kerk.