Expats hebben volgens de NVM in ruim zeven op de tien gevallen een bod gedaan dat hoger was dan de vraagprijs. Zij boden gemiddeld bijna 5 procent meer. Bij de starters deden zes op de tien een bod hoger en zij waren bereid gemiddeld iets meer dan 3 procent bovenop de vraagprijs te doen. Doorstromers en beleggers boden in minder dan de helft van de gevallen meer dan de vraagprijs.

„Expats zijn relatief vermogender dan de gemiddelde koper en kunnen gebruikmaken van gunstige belastingmaatregelen”, verklaart de voorzitter van de NVM-vakgroep wonen, Lana Gerssen. Kopers overboden het vaakst op een klein appartement in een stad, huizen die vooral onder starters populair zijn.

Volgens de makelaarsvereniging werd 55 procent van alle verkochte huizen afgelopen kwartaal boven de vraagprijs verkocht. In diezelfde periode een jaar eerder kocht 31 procent van de kopers nog een huis voor een hoger bedrag dan de vraagprijs.

De verkoopprijs was in de eerste drie maanden van het jaar gemiddeld 1,8 procent meer dan wat de verkoper voor een huis vroeg. De meeste overbiedingen werden volgens de makelaarsvereniging gedaan in Flevoland en in de regio rond Amsterdam.

De NVM maakte eerder donderdag bekend dat de huizenprijzen in het eerste kwartaal opnieuw zijn gestegen. Dat komt volgens Gerssen door hogere lonen en de licht gedaalde rente, waardoor kopers meer geld hebben voor een huis. Ook stelt ze dat mensen gewend raken aan de hoge prijzen op de huizenmarkt en dat het afgelopen kwartaal veel te weinig huizen te koop zijn gezet, waardoor de al krappe woningmarkt nog krapper is geworden. Het gebrek aan aanbod versterkt de prijsstijging, voegt ze daaraan toe.