Minister: Geboortebeperking geen doel van programma’s
Geboortebeperking of het verlagen van bevolkingsgroei is geen doelstelling van de programma’s waarmee het Nederlandse beleid voor ontwikkelingssamenwerking wordt uitgevoerd, aldus minister Geoffrey van Leeuwen.
Met een maandag verstuurde Kamerbrief hierover geeft de bewindsman voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS) invulling aan een toezegging die hij eind januari deed aan SGP-Kamerlid Chris Stoffer. Na een publicatie in het Reformatorisch Dagblad (RD) wilde de SGP’er meer weten over het streven naar geboortebeperking in programma’s die Nederland financiert.
In de RD-publicatie stonden beoordelingsdocumenten van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor de financiering van programma’s in Burundi en Jemen centraal. In die stukken wordt geboortebeperking een „topprioriteit” en een „doel” genoemd. In een document over een door Nederland gesubsidieerd programma in Jemen wordt gesproken over het gratis aanbieden van sterilisatie aan vrouwen.
Stoffer gaf in het debat over de begroting van BHOS te kennen dat hij wilde dat Van Leeuwen onderzoek doet naar door Nederland gefinancierde programma’s die inzetten op geboortebeperking. Het liefst zag de SGP-voorman dat de bewindsman de financiering ervan stopte. De minister zei „zeker bereid” te zijn te onderzoeken of er meer programma’s zijn die inzetten op geboortebeperking.
Het ministerie van Buitenlandse Zaken benadrukte eerder al tegenover het RD zelf nergens ter wereld naar een lager vruchtbaarheidscijfer te streven. Van Leeuwen stelt dat in zijn brief van maandag eveneens, en voegt daaraan toe dat dit ook niet gebeurt via programma’s waarmee het beleid wordt uitgevoerd. „Ook niet in Burundi en Jemen.”
De bewindsman schrijft dat in het document over het programma in Burundi wordt verwezen naar de doelstelling van de Burundese overheid. „Hierin is echter niet expliciet gemaakt dat het een doelstelling van de Burundese overheid betrof en niet van de Nederlandse overheid of het programma zelf.” Ook wijst hij erop dat Nederland niet de Burundese overheid financiert, maar internationale partnerorganisaties. Burundi wil het vruchtbaarheidscijfer verlagen van 5,5 kinderen per vrouw in 2021 naar 3 kinderen per vrouw in 2030.
Strengere regelgeving
Van Leeuwen schrijft over het programma in Jemen dat het overgrote deel van het budget gaat naar het vergroten van goede moeder- en kindzorg rond de geboorte. Een beperkt deel –ruim 50.000 euro– gaat naar toegang tot voorbehoedsmiddelen. Sinds november 2022 worden vanwege strengere regelgeving geen sterilisaties meer uitgevoerd onder het programma, meldt de minister.
„De Nederlandse inzet op keuzevrijheid en verbeteren van toegang tot anticonceptie helpt mensen om autonome keuzes te maken over gezinsplanning, los van mogelijke overheidsdoelstellingen op het terrein van vruchtbaarheid”, stelt de bewindsman. Hoewel het geen deel is van het Nederlandse beleid, draagt Nederland mogelijk wel indirect bij aan lagere geboortecijfers in landen, aldus Van Leeuwen.
SGP’er Stoffer stelt in een reactie dat wat Van Leeuwen zegt in tegenspraak is met wat Nederland doet. „Hoe je het ook wendt of keert: Nederland betaalt mee aan programma’s voor geboortebeperking in ontwikkelingslanden, terwijl de minister met de mond belijdt dat dat niet zijn doel is.” De SGP roept de minister op zich hard te maken „voor oplossingen die beter recht doen aan de onderliggende problematiek van moeder- en kindsterfte. Ik geloof meer in educatie dan in sterilisatie”, aldus Stoffer.
Het terugkomen op de toezegging aan Stoffer is een van de laatste acties van Van Leeuwen als minister voor BHOS. Volgende week keert Liesje Schreinemacher, die hij vanwege zwangerschapsverlof een aantal maanden verving, weer terug.