EU verbetert positie vliegpassagiers
Luchtvaartmaatschappijen die binnen of naar de Europese Unie vliegen, krijgen de verplichting een gehandicapte passagier altijd mee te nemen. Ook dienen ze te zorgen dat hij een goede toegang tot toestellen en aan boord hetzelfde comfort als andere passagiers heeft.
Dat is een van de kernpunten van een woensdag gepresenteerd voorstel van Europees transportcommissaris Barrot. Hij zei in een toelichting dat de verplichtingen die de nieuwe wet met zich meebrengt, qua kosten beperkt zullen blijven tot tussen de 20 en 40 euro per gehandicapte. Als de maatschappijen dat bedrag naar alle passagiers doorberekenen, worden de tickets nauwelijks duurder, redeneerde hij. De meeste bedrijven verlenen nu al de geëiste gratis steun aan invaliden.
Barrot wil verder dat passagiers voorafgaand aan een vlucht altijd te horen krijgen met welke maatschappij zij zullen vliegen. Hij reageert daarmee op het ongeluk met een toestel van de chartermaatschappij Flash Airlines, vorig jaar boven de Egyptische badplaats Sharm-al-Sheikh. Daarbij kwamen 148 passagiers om het leven. Zij hoorden pas kort voor de vlucht dat Flash optrad als vervanger van een andere maatschappij en dat de firma om veiligheidsreden in Zwitserland tijdelijk was verboden.
Ook op andere punten wordt de positie van de luchtreiziger verbeterd. Zo zijn vliegtuigmaatschappijen voortaan verplicht om bij vertraging van twee uur of langer een gratis snack of zelfs een hele maaltijd te verschaffen. Oponthoud van vijf uur of langer geeft passagiers het recht op teruggave van de ticketkosten en, indien van toepassing, op een gratis hotelovernachting.
De maatschappijen vinden de nieuwe maatregelen oneerlijk en onduidelijk. Ze stappen naar de rechter.
De Europese Commissie zegt zich daar geen zorgen over te maken. „We willen de bedrijven die het transport in Europa mogelijk maken, niet belasten. We willen betere service voor de passagiers”, aldus eurocommissaris voor transport Jacques Barrot.
In 2002 mochten ongeveer 250.000 Europese passagiers het vliegtuig niet in omdat de maatschappijen meer mensen hadden geboekt dan er stoelen waren. Als het niet lukt om mensen te vinden die bereid zijn op een latere vlucht te wachten, dan moeten volgens de nieuwe wetgeving de passagiers die niet mee kunnen, een vergoeding krijgen. Voor vluchten tot 1500 kilometer krijgt een passagier 250, tussen 1500 en 3500 kilometer 400 en daarboven 600 euro.
Wanneer een vlucht wordt geannuleerd en de vliegtuigmaatschappij is verantwoordelijk, dan ontvangen de passagiers dezelfde vergoedingen als wanneer ze niet mee mogen omdat de maatschappij te veel passagiers heeft geboekt. Tenzij de maatschappij de vlucht twee weken van tevoren afzegt of een andere vlucht op dezelfde tijd aanbiedt.
Brussel wil verder kijken of er regels moeten komen om passagiers van schepen en internationale busdiensten die te maken hebben met annuleringen of flinke vertragingen, ook een wettelijk recht op vergoeding te geven. Een voorstel om internationale treinreizigers te vergoeden voor vertragingen, ligt al bij het Europarlement en de EU-landen ter behandeling.