Aandeelhouders sommeren Unilever
Houders van preferente aandelen van Unilever hebben het voedings- en wasmiddelenconcern en zijn topman A. Burgmans aansprakelijk gesteld voor de schade die zij zeggen te lijden door de omwisseling van deze stukken in gewone aandelen. Dat heeft de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) maandag bekendgemaakt.
De belangenclub van particuliere beleggers, die de totale schade becijfert op 420 miljoen euro, heeft samen met andere aandeelhouders Unilever gesommeerd om deze aansprakelijkheid binnen tien dagen schriftelijk te erkennen. Dit onder dreiging van juridische stappen.
Unilever kondigde vorige week aan de preferente aandelen daadwerkelijk te gaan omwisselen, hoewel er een onderzoek gaande is naar deze kwestie. Dat onderzoek werd in december gelast door de Ondernemingskamer van het gerechtshof in Amsterdam. De groep aandeelhouders, behalve de VEB onder meer de effectenbank Stroeve, had de rechter hierom gevraagd.
Unilever wilde maandag niet reageren omdat de zaak onder de rechter is. Een woordvoerder van het concern wees er wel op dat de Ondernemingskamer in december ondanks een verzoek hiertoe van de eisende partijen de omwisseling niet heeft verboden.
Unilever gaf de preferente aandelen in 1999 uit als een speciaal dividend bij wijze van inkomstenbelastingvrij alternatief voor een uitkering in contanten. Volgens de groep beleggers heeft Unilever de indruk gewekt de stukken vijf jaar later weer terug te zullen kopen voor 6,58 euro per stuk.
De rechter oordeelde in december dat een onderzoek op zijn plaats is omdat Unilever volgens hem naar buiten toe niet eenduidig is geweest over zijn plannen met de uitstaande preferente aandelen. Het concern biedt voor 11,2 preferente aandelen 1 gewoon aandeel. Volgens de VEB levert dat een schade op van 2 euro per preferent aandeel en een schade voor het totale aantal preferente aandelen (210 miljoen) van 420 miljoen euro.