Gökmen T. veroordeeld voor geweld in gevangenis, geen extra straf
De rechtbank in Rotterdam heeft tramschutter Gökmen T. dinsdag schuldig bevonden aan een poging tot moord op een gevangenisbewaarder in de Rotterdamse gevangenis De Schie. De rechtbank legde hem geen extra celstraf op, omdat dit alleen een symbolische betekenis zou hebben. Het Openbaar Ministerie had tien jaar geëist.
De 42-jarige Utrechter is al tot een levenslange gevangenisstraf veroordeeld voor de aanslag die hij pleegde in maart 2019 in een tram op het 24 Oktoberplein in Utrecht. Vier mensen kwamen hierbij om het leven, zes anderen raakten gewond. „Een nadere strafoplegging dient geen redelijk doel meer”, oordeelde de rechtbank.
T. zit zijn levenslange celstraf uit in De Schie. Daar stak hij in februari 2021 een bewaker in zijn hals met een met een koperen leiding die hij uit zijn koelkast had gesloopt. Het slachtoffer werd geraakt in zijn rechterwang en oor.
Volgens de rechtbank is sprake van een moordpoging, omdat het maken van het wapen planning vergde en de verdachte erover heeft nagedacht „om het zelfgefabriceerde wapen op een geschikt moment mee te nemen om het slachtoffer te steken.”
In oktober 2021 heeft T. een pan met hete olie naar het hoofd van een medewerker gegooid. Dat beschouwt de rechtbank als een poging tot zware mishandeling. Ook werd die dag een televisie, een magnetron, een PlayStation en een airfryer vernield in de recreatieruimte, waar T. niet mocht bidden. In juli 2022 werd fitnessapparatuur vernield.
T. woonde de uitspraak van de rechtbank niet bij. Tijdens zijn strafzaak bekende hij de vernielingen. Hij gaf hij als verklaring voor de incidenten dat hij gefrustreerd is over het gevangenisregime. Hij moet er al ruim twee jaar handboeien dragen. De rechtbank oordeelt dat T.’s boosheid „geen enkele rechtvaardiging is voor zijn handelen.”
De officier van justitie voerde eerder op zitting aan dat een extra celstraf nodig is voor het moment dat T. in de toekomst in aanmerking wil komen voor gratie. Volgens de rechtbank is dit vonnis al voldoende om bij de beoordeling van een eventueel gratieverzoek mee te nemen.
Wel wordt T. veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan de bewaarder die is gestoken en aan De Schie om de vernielde spullen.