Japan moet troostmeisjes betalen
In Zuid-Korea heeft het hooggerechtshof donderdag een uitspraak gedaan met potentieel ontwrichtende gevolgen voor de betrekkingen met Japan.
De rechter bepaalde dat Tokio schadevergoedingen van omgerekend 141.000 euro per persoon moet betalen aan een groep Zuid-Koreaanse vrouwen die tijdens de Tweede Wereldoorlog als seksslavinnen werden misbruikt door het Japanse leger. Het vonnis verklaart een uitspraak van een lagere Zuid-Koreaanse rechtbank in 2021 nietig.
Toen werd de eis van de ‘troostmeisjes’ afgewezen vanwege ”soevereine immuniteit”, iets waarop Japan zich al vaker beriep. Dit houdt in dat een natiestaat immuun voor rechtsvervolging is in buitenlandse rechtbanken. Volgens Japan zijn geschillen over de kolonisatie afgehandeld toen beide landen in 1965 diplomatieke betrekkingen aangingen en werd de kwestie van de troostmeisjes „definitief en onomkeerbaar” opgelost met een akkoord in 2015.
Daar ging het hooggerechtshof niet in mee. De rechter stelde dat de misdaden die deze vrouwen zijn aangedaan verboden zijn in Zuid-Korea en dat de daders vervolgd mogen worden.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden honderdduizenden vrouwen uit vooral Aziatische landen gedwongen om als seksslavinnen gemeenschap te hebben met Japanse militairen, soms tientallen keren per dag. Korea werd van 1910 tot 1945 door Japan gekoloniseerd. Tokio heeft al aangegeven „sterke bezwaren” te hebben tegen de uitspraak.
Slachtoffer Lee Yong-soo (95) gooide donderdag haar armen in de lucht na de uitspraak. „Ik ben zo dankbaar”, tekenden Zuid-Koreaanse media op. Lee was het enige nog levende troostmeisje onder de aanklagers, de rest bestaat uit familieleden. Toen de zaak in 2016 werd aangespannen, sloten zich hier zestien vrouwen bij aan. Naar schatting leven er nu nog negen Zuid-Koreaanse troostmeisjes.
Demonstraties
De uitspraak roept herinneringen op aan een Zuid-Koreaanse rechtszaak uit 2019. Toen oordeelde de rechter dat Japan compensatie moest betalen aan nabestaanden van een groep Koreanen die tijdens de Japanse kolonisatie dwangarbeid moesten verrichten. Tokio reageerde woedend op de uitspraak en verbood de export van een aantal materialen naar Zuid-Korea die van groot belang waren voor de Zuid-Koreaanse techindustrie.
Hierop werden in Zuid-Korea tal van demonstraties georganiseerd. Uiteindelijk leidde de zaak ertoe dat de betrekkingen tussen Seoul en Tokio slechter werden dan ze sinds de dekolonisatie ooit geweest waren.
Tot de conservatieve president Yoon Suk-yeol vorig jaar werd verkozen. Hij heeft er een speerpunt van gemaakt om de betrekkingen met Japan te verbeteren. Hij bezocht de Japanse premier Fumio Kishida eerder dit jaar in Japan voor de eerste bilaterale top in twaalf jaar tijd en ontving hem op zijn beurt in Seoul.
In augustus sloten de twee samen met de Amerikaanse president Joe Biden een akkoord in Camp David, om gedrieën militair samen te werken tegen Noord-Korea en, zonder het beestje bij de naam te noemen, tegen China. Yoon doet geregeld uitspraken die door zijn landgenoten als pro- Japans worden opgevat. Dat laatste is geen compliment.
De toenadering van Yoon tot Japan is bij een groot deel van de Zuid-Koreanen niet populair. De Japanners zijn wél tevreden, maar ook enigszins sceptisch. De relaties zijn zó snel verbeterd en ondanks zo veel weerzin van de Zuid-Koreaanse bevolking dat men in Tokio zich afvraagt hoe duurzaam deze ontspanning op langere termijn zal blijken.
Daarom kan deze rechtszaak grote gevolgen hebben. Als Japan het hard wil spelen, kunnen de recente toenaderingspogingen van Yoon weer ongedaan gemaakt worden.