‘Polonaise’ voor de grens om opgelegde rompslomp door overheid
Rick Keus (32) rijdt diepvriesvlees op een rode Volvo FH500 met daarachter een Schmitz Cargobull trailer. Op een vrijdag stuurt hij vanuit Rotterdam naar het Franse Calais met achterin een lading vlees.
Vijf uur vertrekken is uitslapen voor Rick. Hij rijdt iedere week vier dagen in het containertransport en maakt dan lange werkdagen van twee uur ’s nachts tot vijf uur ’s middags. De gevleugelde uitspraak ”Zonder transport staat alles stil” blijkt te kloppen.
We sturen zuidwaarts van Rotterdam naar Calais, een rit van 300 kilometer. Achterin ligt diepvriesvlees. In het Belgische Zandvliet kleurt de lucht oranje door de opkomende zon.
„Even de polonaise doen met zijn allen”, grapt Rick terwijl hij de afrit pakt. Meerdere vrachtwagens stoppen om even snel de landcode te wijzigen in de tachograaf. Dat is verplicht sinds begin vorig jaar. Controleurs kunnen nu precies zien waar de trucker is geweest.
De ene vrachtwagen rijdt de snelweg weer op, een ander wil er juist af. „Levensgevaarlijk”, vindt Rick. Hij stopt naast het bord met daarop ”Vlaanderen”. „Die landcode invoeren is zo onzinnig. We creëren er alleen maar gevaarlijke situaties mee”, zegt hij. „Het is wachten op de eerste truck die op een oplegger van een andere chauffeur knalt.” Het invoeren van de landcode kost ook nog tijd en energie. Kom maar weer eens op snelheid met een oplegger vol vlees.
Dat lukt Rick. We hobbelen door langs de Belgische kust als het tafereel zich herhaalt bij de Belgisch-Franse grens, vlak voor Duinkerke. Hier staat zelfs een politiepost. Al het verkeer moet er af. Agenten staren naar Rick, maar laten hem doorrijden. Hij voert meteen de nieuwe landcode in en we sturen door naar Calais.
Sjaak van de Groep rijdt mee met diverse vrachtwagenchauffeurs door Nederland.