Wat ‘grote’ mensen kunnen leren van kinderspel
Het is warm. De zon brandt, de wind zucht en de kat ligt uitgeteld in de schaduw. De kinderen spelen binnen onder de airco met houten kaplablokjes.
Het gaat er serieus aan toe. Inmiddels is een hele stad ontstaan. Iedereen heeft in het spel z’n eigen deel met huizen en bedrijven. Geld wordt geïntroduceerd, want het ruilen van blokjes blijkt niet meer toereikend. Een kladblok functioneert als bankrekening. Een heuse economie ontstaat zowaar, inclusief belastingen en betaald parkeren.
De volgende dag wordt het nog serieuzer. Behalve een restaurant en een bakker voor het broodnodige eten, is er inmiddels ook een politie en een brandweer opgericht. De eerste boef is reeds gesignaleerd.
Conflict
Het gaat lang goed, maar dan ontbrandt toch het eerste conflict. De politie blijkt dezelfde baas te hebben als een zojuist overvallen restaurant. Belangenverstrengeling verstoort de vrede in de samenleving. De bloeiende economie dreigt in een ernstige crisis terecht te komen.
Papa moet er als rechter aan te pas te komen om te voorkomen dat de situatie escaleert. We hebben een mooi gesprek over het spel, over waarom het fout ging en over de vergelijking met de echte wereld. Over economie, onrecht en corruptie. Waarom wetten en regels belangrijk zijn. De les wordt geleerd, de crisis beslecht en het spel kan weer verder.
Ik denk zelf nog even na over wat net gebeurd is. De vergelijking is eigenlijk treffend. Chaos in de wereld. Het grote verschil: weinigen denken eraan naar de Vader te gaan om raad. Nee, het wereldgebeuren is geen kinderspel, maar ‘grote’ mensen kunnen er wel van leren. „Als u zich niet verandert en wordt als de kinderen, zult u het Koninkrijk der hemelen beslist niet binnengaan” (Mattheüs 18:3).