Eerste boete voor ruimteafval
Voor het eerst krijgt een bedrijf een boete voor het niet goed opruimen van afval in de ruimte. Communicatiebedrijf DISH had ervoor moeten zorgen dat de satelliet EchoStar-7 aan het einde van zijn leven naar een andere plek in de buurt van de aarde zou gaan, maar dat gebeurde niet. Daardoor blijft hij een gevaar vormen voor andere satellieten.
De Amerikaanse federale communicatiedienst FCC heeft de straf maandag naar buiten gebracht. DISH krijgt een boete van 150.000 dollar, omgerekend ruim 140.000 euro.
De EchoStar-7 werd in 2002 gelanceerd. Hij draaide op ongeveer 36.000 kilometer afstand rond de aarde. Dat is een normale werkplek voor communicatiesatellieten, ver boven observatiesatellieten en ruimtestations. DISH en FCC spraken in 2012 af dat de satelliet aan het einde van zijn leven zijn laatste restje brandstof zou gebruiken om naar een ‘kerkhof’ in de ruimte te vliegen. Daar zou hij geen gevaar voor andere satellieten kunnen vormen.
Toen het tien jaar later zover was en het einde van de satelliet naderde, bleek dat er niet meer genoeg brandstof aan boord was. Daardoor blijft EchoStar-7 een gevaar voor andere communicatiesatellieten in die hoge baan. „Nu we steeds meer gebruik maken van satellieten en de ruimte-economie groeit, moeten bedrijven zich aan hun afspraken houden. Deze maatregel is een doorbraak”, stelt de FCC.
Er draaien duizenden satellieten en nog veel meer brokstukken en restanten met hoge snelheid rond de aarde. Als ze botsen, vallen ze uiteen in kleinere brokstukjes. Hoe meer ruimtepuin er is, hoe groter de kans op nog meer botsingen en het ontstaan van nog meer afval. Vanwege de hoge snelheden kunnen zelfs de kleinste brokstukjes gevaarlijk zijn.