MVO gaat ook over rode bietjes
„Als het goed is, krijgt maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) inhoud door God lief te hebben boven alles, en onze naaste als onszelf.” Kort en krachtig betoogde RMU-directeur P. Schalk woensdag op een bijeenkomst van hulpverleningsorganisatie Woord en Daad dat MVO voor christenondernemers méér behelst dan een modieuze gril.
Nu is de praktijk weerbarstig. Versplintering, window dressing en cherry picking - hoogleraar bedrijfsethiek R. Jeurissen (Universiteit Nyenrode) somde moeiteloos de schaduwkanten op. Hoewel de gordijntjes volgens hem veel onoorbare praktijken verbergen (”window dressing”) en MVO vaak graaien uit de grabbelton van leuke projecten betekent ”cherry picking”), ziet hij toch een ontwikkeling in de goede richting: „Ondernemingen dragen tegenwoordig steeds beter zichtbaar verantwoordelijkheid voor maatschappelijke vraagstukken.”
Daarbij is óók een rol weggelegd voor de non-profitsector. Accountmanager W. Hasselman van Woord en Daad stelde dat deze een stuk professionalisering heeft doorgemaakt. Toenadering tot het bedrijfsleven brengt gezamenlijk optrekken binnen handbereik. Vanuit deze achtergrond en de gedachte ”weg met het eilanddenken” is de afgelopen tijd een ondernemersplatform in de steigers gezet. Dit samenwerkingsverband tussen de stichting en ondernemers beoogt economische bedrijvigheid in ontwikkelingslanden te stimuleren.
Ondernemers kunnen hun betrokkenheid zo gestructureerd aan de dag leggen. „Het heeft weinig zin in het wilde weg ergens een bedrijf te starten. Alles eromheen moet in orde zijn”, aldus Hasselman. Momenteel komen de inkomsten van het platform nog voor 89 procent van particulieren. De overheid draagt 5 procent bij. Bedrijven tekenen voor 6 procent. Voorzitter ds. M. A. van den Berg van Woord en Daad: „Daar waar wat wordt gegeven, mag wat worden terugverwacht. Verdienen wordt zo ver dienen.”
Dan moet er nog wel een en ander gebeuren. „Er is maar één plek waar succes voorafgaat aan werken. Dat is in het woordenboek.” H. Kievit, directeur van de Noaber Foundation en nauw bij het platform betrokken, maakte in zijn toelichting op enkele projecten duidelijk dat MVO in ontwikkelingslanden om strikte begeleiding vraagt. „Wij willen niet dat kinderen van negen jaar worden opgeleid om kleding te kunnen maken voor bekende kledingmerken.”
Hij legde uit hoe het platform de ondernemers interactief bij de projecten wil betrekken, of het nu groenteverbouw nabij Hyderabad of een computeropleiding in Dessie betreft. Want tenslotte moet maatschappelijk verantwoord ondernemen méér betekenen dan een anonieme donatie. Ook al is het dan ver weg.
Dichter bij huis vertelde directeur productie H. Hak van Hak Conserven in Giessen in zijn bedrijfsvoering de beginselen uit de Spreuken als leidraad te hanteren. „In de Bijbel heb ik dit handboek ontdekt. Het is geschreven door een wijs persoon, gratis en nog steeds van deze tijd. Hierin ligt vast hoe ik maatschappelijk verantwoord mag ondernemen.”
De Bijbel is duidelijk wat betreft verantwoord zakendoen, stelde Hak. „Dat moet je te allen tijde eerlijk doen. Als je aan je klant hebt beloofd dat de inhoud van je pot met groenten een bepaald gewicht heeft en dat de ingrediënten voldoen aan wat er op het etiket staat, moet je daar ook voor zorgen en dat borgen. Soms kost dat veel geld.”
Zo gaat er bij het verwerken van circa zestig verschillende verse grondstoffen wel eens wat mis. „Enkele jaren geleden waren we met rode bieten bezig. De eerste verwerkte lading was lichtrood. Absoluut geen Hak-kwaliteit. Het ging om 1800 ton, 80 procent van de productie.”
Er waren twee mogelijkheden. „De eerste optie was kleurstof erbij doen. Dit gebeurt in de conservenindustrie. Het is niet verboden, als je het maar kenbaar maakt. De kosten zijn te overzien. In onze normen staat echter dat wij nergens kleurstof toevoegen of gebruiken. Dat zeggen wij ook in onze reclame.”
Optie twee was 1800 ton afkeuren. „De kosten zouden ongeveer 115.000 euro bedragen - mocht blijken dat ze niet waren te verkopen. De extra kosten werden op zo’n 50.000 euro begroot. Toch betekent maatschappelijk verantwoord ondernemen kiezen voor de tweede oplossing. Dat hebben we gedaan.”
Hak: „U kunt natuurlijk vragen of ik anders zou handelen als ik de Bijbel niet als richtsnoer had. Ik denk het wel. Want vanuit mijn geloof weet ik dat ik zelf moet veranderen. De Bijbel leert mij hoe dat moet. Een rechte verhouding jegens Gods heeft ook een juiste verhouding jegens mensen ten gevolg.”
Dit is het laatste artikel in een serie over maatschappelijk verantwoord ondernemen.