BuitenlandPost Uit

Oekraïne: tweede front zit onder de grond

Alleen mijn boxershort kan ik aanhouden. Daaroverheen gaat een witte broek en een wit shirt met lange mouwen. Daarna doe ik een mijnwerkersoverall aan en trek schone sokken en nieuwe laarzen aan. Een medewerker van deze steenkoolmijn in Oost-Oekraïne heeft mijn mijnwerkersoutfit klaargelegd.

Floris Akkerman
25 September 2023 15:34Gewijzigd op 25 September 2023 15:39
beeld RD
beeld RD

Vervolgens krijg ik een helm, mondmasker, mijnwerkerslamp en een zuurstoffles voor nood. Tot slot een stop bij het medisch kantoor om mijn bloeddruk te testen. Die is goed. Dus ik kan de mijn in.

Een paar minuten later sta ik in de lift met twaalf andere mijnwerkers om 320 meter af te dalen onder de grond. Uit veiligheidsoverwegingen wordt de locatie niet bekendgemaakt. Iedere dag en nacht gaan mijnwerkers hier naar beneden om steenkool te winnen voor de Oekraïense energievoorziening, hoognodig voor de aankomende winter.

De Oekraïense steenkoolmijnen vormen het tweede front, zegt mijnwerker Dmytro Kovaltsjoek (46): je hebt er een boven de grond, in de loopgraven, en een honderden meters onder de grond, waar de gezichten grijs en zwart worden gedurende de dag. De afgelopen herfst en winter bombardeerde Rusland de Oekraïense energie-infrastructuur. Steden en dorpen, huizen en bedrijven kwamen zonder elektriciteit en verwarming te zitten. Steenkoolmijnen moeten ervoor zorgen dat ze voldoende voorraden aanleggen voor de winter en dus moet het productiepeil zo hoog mogelijk blijven.

19680562.JPG
Oekraïense mijnwerkers. beeld Floris Akkerman

Dat is geen makkelijke taak. Deze staatsmijn in de Donbas (de Oost-Oekraïense regio’s Loehansk en Donetsk samen), op 60 kilometer van het front, heeft een personeelstekort. Voor de oorlog werkten hier ruim 850 mijnwerkers: allemaal mannen. Sinds de oorlog uitbrak, zijn er 190 vertrokken. Zij gingen naar het front, vluchtten voor het oorlogsgevaar of verdwenen spoorloos uit angst voor mobilisatie. Maar hoe minder mijnwerkers, hoe lager de productie.

Dus zijn er in de loop van de oorlog zes vrouwen in de mijnen komen te werken om het tekort op te vullen. Als mijnwerker doen ze geen fysiek werk, Maar lichtere taken, zoals het schoonhouden van de lopende band waarover de gewonnen steenkool naar buiten wordt vervoerd. Twee mijnen in de omgeving hebben sinds de oorlog begon samen al zeventien vrouwen als mijnwerker in dienst.

Het werk is uit de nood geboren. Oksana Plachotnikova (26) en Valentina Dotsenko (41) verloren hun vorige baan door de oorlog. Dus moesten ze iets anders doen. In de haperende economie in de Donbas is er weinig keus over dan in de steenkoolmijnindustrie te werken. Beiden hebben geld nodig om te overleven, vertellen de twee vrouwen. En ze helpen hiermee ook hun land in de oorlog tegen Rusland.

De mijnwerkers beseffen dat hun werk meer dan ooit nodig is voor hun land. Dus wassen ze na afloop onder de douche het zwart van hun gezicht, om zich de volgende dag weer zich weer te melden aan het tweede front.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer