Volgens de Raad van State moet Nederland kunnen vertrouwen op de besluiten van de Deense overheid. Nederland en Denemarken hebben ongeveer hetzelfde beleid. Net als andere Europese landen „willen ze geen betrekkingen hebben met het Syrische regime en vinden er geen gedwongen uitzettingen plaats naar Syrië”.

De man komt uit Tartous, een stad aan de Middellandse Zee, die in handen is van het Syrische bewind. Sinds 2016 heeft hij een verblijfsvergunning in Denemarken. Hij moet die elke twee jaar vernieuwen. De man zegt te vrezen dat Denemarken zijn bescherming op een bepaald moment stopt, en dat hij dan naar Syrië wordt overgebracht. Hij zegt dat Denemarken de streek waar hij vandaan komt als veilig wil bestempelen.

De Syrische vluchteling vroeg daarom vorig jaar asiel aan in Nederland, maar de aanvraag werd niet in behandeling genomen, omdat hij al bescherming in Denemarken had. Hij ging in beroep bij de rechtbank in Den Bosch, maar die gaf de Staat gelijk. Dat is nu ook bevestigd door de Raad van State.

„Het gaat hier om een individuele uitspraak, maar die wel bepalend is voor de hele groep”, laat een woordvoerder van demissionair staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel) weten. Volgens Van der Burg wordt een „eerder obstakel” weggenomen doordat Syrische vreemdelingen nu zonder nader onderzoek kunnen worden teruggestuurd naar Denemarken. In een andere zaak had de Raad van State vorig jaar namelijk bepaald dat er een groot verschil was tussen het beleid van Den Haag en Kopenhagen. Daarom moest de staatssecretaris toen goed uitleggen waarom iemand volgens hem kon worden teruggestuurd naar Denemarken. Nu is er geen sprake meer van verschil, Denemarken heeft zijn beleid gewijzigd, dus is de onderbouwing niet meer nodig.