Van der Plas: Meer bestuurlijke macht én geld naar provincies
Een grondige vernieuwing van het Nederlandse politiek-bestuurlijk bestel is broodnodig.
Dat zei BBB-leider Van der Plas maandagavond in de H.J. Schoolezing. Elsevier Magazine organiseert die jaarlijks aan de start van een nieuw politiek jaar.
„Het niveau waarop wij besturen, correspondeert niet met het niveau waarop mensen zich met elkaar verbonden voelen”, zei de BBB-leider. Als voorbeeld noemde ze het Groene Hart. In bestuurlijk opzicht zou dat volgens haar een belangrijke eenheid moeten zijn, „maar de realiteit is dat het door provinciale grenzen electoraal in drieën wordt gesplitst en onderworpen is aan de wil van omliggende grote steden”. Dat moet anders, aldus Van der Plas.
Een concrete vernieuwingsagenda heeft ze nog niet. Wel maakte ze duidelijk dat ze geld en macht wil overhevelen van het rijk naar de provincies. Hiervoor is een grondwettelijke herziening nodig, waarbij de Rijksoverheid soevereiniteit deelt met provincies. „Geen taboe”, aldus Van der Plas.
In haar lezing presenteerde ze BBB als een partij die verantwoordelijkheid wil nemen voor het landsbestuur. Ze wil in Den Haag aan de weg gaan timmeren met een ambitieuze veranderingsagenda. Uiteindelijk moet die ertoe gaan leiden dat Nederland weer „een naoberstaat” wordt; een volkshuis voor iedereen.
De Nederlandse samenleving is er de laatste decennia meer een van individuen geworden, zei Van der Plas. De schuld daarvoor legt ze bij de overheid. Die zou zich hebben verschanst „in silo’s vol met juristen, economen en bestuurskundigen” en mensen tot „cijfertjes en statistieken” hebben gedegradeerd.
Onbedoeld is de Haagse politiek daarmee volgens haar een van de aanjagers van de maatschappelijke polarisatie geworden.
Na de verkiezingen moet het roer om, betoogde de BBB-leider. De Tweede Kamer moet op een andere manier te werk gaan en anders besluiten nemen. Geen plannetjes aanleveren die door het Centraal Planbureau worden doorgerekend op hun rendement, maar brede afwegingen maken. Een voorbeeld: „Nadenken over ons platteland en de landbouw is ook een sociaal vraagstuk en gaat niet alleen over stikstof of geld.”
Rariteit
Van der Plas presenteerde zichzelf nadrukkelijk als een outsider, als iemand van buiten het systeem, die de stem van vergeten burgers weer terugbrengt in Den Haag en daarmee ook als een identificatiefiguur. In het Amsterdamse debatcentrum de Rode Hoed, waar ze haar lezing uitsprak, klonk gelach toen ze zichzelf gekscherend omschreef als een gewone boomer-vrouw van dik in de vijftig met overgewicht, die door de bubbel van de overheidselite als „een rariteit” wordt gezien.
Van der Plas wil niet dat de komende formatie uitmondt in een dichtgetimmerd regeerakkoord, waar de oppositie vervolgens niets meer over te vertellen heeft. In plaats daarvan wil ze een regieakkoord op grote lijnen over de vraag aan welk Nederland in 2050 de coalitie wil bouwen en wat daarvoor nodig is.
Ondernemers, boeren en burgers wil ze betrekken bij de uitvoering. De Tweede Kamer moet eens per jaar beoordelen of die op schema ligt.