Mens & samenleving | column christine stam
Bij nacht heb ik Lisieux gezien. De jongens zaten in een haperende trein, net voorbij Parijs. Het was al 23.00 uur. Ze wisten niet hoe ver ze zouden komen. We reden hen tegemoet over verlaten Normandische wegen. In Lisieux wachtten we, omstreeks 0.30 uur. De trein zou pas uren later aankomen op een stationnetje verderop, en het zou al licht worden als we het pad naar ons vakantiehuis zouden inslaan, maar dat wisten we toen allemaal nog niet. Om wakker te blijven reden we een rondje door Lisieux.
Hebt u een taalfout gezien? Mail naar
redactie@rd.nl.