Agenten die M. (29) achtervolgden, vreesden voor hun leven
De agenten die de 29-jarige Mohamed M. uit Antwerpen op 10 april dit jaar achtervolgden over de A2 en A27, zouden meerdere malen door M. zijn geramd. „We vreesden voor ons leven”, luidt een verklaring die donderdagmiddag in de rechtbank van Utrecht werd voorgelezen. M. gaf tijdens de zitting aan dat hij spijt heeft. „Ik walg van mezelf.”
De man uit Antwerpen wordt verdacht van een poging tot doodslag op vier agenten van het politiekorps De Ronde Venen. De agenten hebben aangifte gedaan tegen de man. Ze probeerden hem die dag in Abcoude aan te houden na een melding over slingerend rijgedrag. M. ging ervandoor met snelheden tussen de 160 en 190 kilometer per uur.
Bij de daaropvolgende achtervolging zou M., die in een geleende Opel reed, ook andere weggebruikers hebben afgesneden, zij moesten uitwijken. Ook zou hij meerdere malen hebben afgeremd op de snelweg tot een snelheid van 30 kilometer per uur, waardoor agenten ook plots moesten remmen.
Van de pogingen om M. te laten stoppen, zijn dashcambeelden. Die werden tijdens de zitting getoond. Er viel te zien hoe een van de politieauto’s geraakt wordt en vervolgens de vangrail raakt. Ook was te horen hoe een agent zegt: „Dit is leip”, en: „Wooow”. M. zei daar in de rechtbank over: „Op dat moment dacht ik niet na over de agenten. Ik bied mijn verontschuldiging aan, ik ben er zelf overstuur van.” Wel ontkent hij dat hij de auto’s heeft geramd. „Rammen is een grote term voor mij.”
De politie heeft M. uiteindelijk in Breda op de A58 klemgereden. Hij reed de berm in en probeerde nog te voet te vluchten. Op de opnamen van de arrestatie viel gevloek te horen. M. zou volgens de agenten ‘verward’ zijn overgekomen en ook zou hij hebben gebeten en gespuugd.
De verdachte had een promillage van 0,84 in zijn bloed toen hij de auto in stapte. Ook zou hij al een paar dagen zijn antidepressiva niet hebben genomen voor zijn angststoornis.