„Eigenlijke taak kerk is het brengen van boodschap van zonde en genade”
Wekelijks een blik op de kerkelijke bladen, aangevuld met citaten uit de kerkelijke wereld.
„Begint het aanbieden van excuses niet op een toneelstuk te lijken? De historicus Maarten van Rossem schreef in HP De Tijd (07-11-2022): „Waar houdt dit toneelstuk op? Moeten de Fransen ook hun excuses aanbieden voor de bezetting van Nederland? En de Spanjaarden voor de Tachtigjarige Oorlog? En de Italianen voor hun onderdrukking in de Romeinse tijd? (…) Als je er even over doordenkt dan kun je excuses maken voor werkelijk alles.” Al verwoordt Van Rossem het nogal zwart-wit, hij houdt ons een spiegel voor. Ik voeg er nog het volgende aan toe. Als het kabinet werkelijk een voorbeeld wil zijn in de strijd tegen slavernij, dan is er in de prostitutiewereld genoeg werk aan de winkel. Of komt dat te dichtbij…?
Regelmatig wordt met een schuin oog ook naar ‘de kerk’ gekeken. Moet de kerk ook niet over allerlei zaken excuses aanbieden? De kerk heeft bijvoorbeeld toch ook niet altijd zo’n frisse rol gespeeld in het slavernijverleden? Baseren de christenen zich daarbij niet op de Bijbel? Denk maar, aldus verschillende media, aan de vloek die over Cham is uitgesproken omdat hij zijn vader Noach bespotte vanwege diens dronkenschap en naaktheid. Onze jeugd zou via de kinderbijbel van Joh. Vreugdenhil en het leerboekje van Namen en Feiten verkeerd voorgelicht worden. En al eerder zijn in de rechterflank van onze gezindte kritische noten gekraakt over de uitspraak van de Joden waarin ze de gevolgen van Christus’ kruisdood over zich uitriepen.
We zijn het er van harte mee eens dat we niet mogen zeggen tegen de nakomelingen van Cham en van de Joden die Christus aan het kruis wilden hebben: „Dat hebben jullie dus verdiend vanwege de vloek die over jullie is uitgesproken of die jullie over jezelf hebt afgeroepen.” Dat klinkt als ”eigen schuld, dikke bult”. Zo mogen we het nooit zeggen. Laten we ons daar verre van houden! Maar dat lezen we niet bij Vreugdenhil en al helemaal niet in ”Namen en Feiten”. Wie eerlijk leest, moet erkennen dat niet minder maar ook niet meer wordt bedoeld dan dat de Heere een Waarmaker van Zijn Woord en dus ook van Zijn bedreigingen is. Zoals Hij dat ook is in de zegeningen, uitgesproken tegenover Sem en Jafeth. De Bijbelse houding in het spreken over de vloek van Cham en het oordeel dat de Joden over zichzelf en hun nakomelingen hebben uitgeroepen, hoort geen neerbuigende en veroordelende houding te zijn. Hebben we niet met Adam en Eva in het paradijs de vloek over onszelf en ons nageslacht uitgeroepen? Al die vloeken zouden ons moeten brengen aan Gods troon, met de bede of Hij de gevolgen van die vloekspraken weg wil nemen op grond van het lijden van Christus, Die de vloek voor de Zijnen op Zich genomen, gedragen en weggedragen heeft. Tot Zijn loon behoren ook vele Joden en nakomelingen van Cham, laten we dat maar niet vergeten. Wat zal het zijn als zij ons voorgaan in het Koninkrijk der hemelen?
Ik kom ten slotte nog terug op de vraag of de kerk ook excuses over zaken uit het verleden moet aanbieden. Zonder alles te kunnen benoemen, noem ik een paar zaken ter overdenking. We zullen onszelf eerst moeten afvragen: wat is de drijfveer? Voelen we echt de pijn van de ander? Welke daden horen bij deze woorden van excuus? Daarnaast moeten we bedenken dat, het is al genoemd, er een trend zichtbaar is in het aanbieden van verontschuldigingen. (…) Als laatste noem ik dat de kerk moet oppassen voor het gevaar om mee te bewegen met alle maatschappelijke sentimenten, en te vergeten wat haar eigenlijke taak is. En dat is het brengen van de boodschap van zonde en genade. Als de zonde gekend wordt in zijn ware gedaante, dan zal de hemelhoge schuld tegenover God en onze naaste gevoeld en beweend worden. Dan blijft het niet bij woorden, maar komen er ook genadevruchten openbaar, waaronder oprechte schulderkenning. Daar zullen we persoonlijk, kerkelijk en maatschappelijk goed mee zijn. Die zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn; maar die ze bekent en laat, zal barmhartigheid verkrijgen.”
T. Vlot in De Wachter Sions (Gereformeerde Gemeenten in Nederland).