Waterschap laat land achter dijk bij Kampen expres barsten
Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDODelta) onderzoekt bij Kampen in Overijssel hoelang het duurt voor het land achter een dijk openbarst als er sprake is van hoogwater. Als dat gebeurt, wordt de dijk instabiel en kunnen er stukken afbreken. Dat zou een dijkdoorbraak tot gevolg hebben. Het schap en kennisinstituut Deltares gaan ook onderzoeken hoelang het duurt voordat een dijk door hoogwater zo verzadigd raakt dat het dijklichaam gaat drijven.
Beide onderzoeken maken deel uit van het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma. Rijkswaterstaat en de waterschappen moeten in de komende dertig jaar minimaal 1500 kilometer dijken en 400 sluizen en gemalen aanpakken om Nederland te beschermen tegen hogere waterstanden die door klimaatverandering veroorzaakt zouden kunnen worden.
Er is nog onvoldoende kennis over het moment waarop dijken het gaan begeven door te hoge grondwaterstanden, zegt het schap. Mogelijk is minder dijkversterking nodig, wat een grote besparing zou kunnen opleveren. De proeven bij Kampen, laboratoriumproeven en literatuuronderzoeken moeten er uitsluitsel over geven. Op andere plekken in het land wordt ook geëxperimenteerd met nieuwe technieken voor dijkverzwaringen.
Bij Kampen wordt een stuk van de IJsseldijk gebruikt. Die dijk heeft geen functie meer omdat er een nieuwe dijk is gebouwd bij het Reevediep. Maandag is gestart met het kunstmatig ophogen van de grondwaterstand rondom de dijk. Door de druk van het grondwater komt de ondergrond omhoog. Het onderzoek moet uitwijzen of de grond gaat scheuren en hoe dat dan precies gebeurt. Op 14 augustus start een tweede proef, waarbij water in het dijklichaam wordt gespoten. Daaruit moet onder meer blijken wanneer de dijk daardoor gaat drijven en afschuift.