Verbouwing energiesysteem zeer ingewikkeld: bijna alles is schaars
Het kabinet moet een ingewikkelde puzzel leggen om het energiesysteem van de toekomst te ontwerpen. Bij de verbouwing van het nu nog vooral op fossiele energie afgestelde systeem naar een klimaatneutraal systeem, is vooral sprake van schaarste: naast een gebrek aan de juiste arbeidskrachten en krapte op het stroomnet, is er ook weinig fysieke ruimte en moet zuinig worden omgegaan met grondstoffen.
Bovendien moet het nieuwe systeem worden opgebouwd, terwijl het land stap voor stap overstapt van een systeem dat op kolen en gas draait naar een systeem dat werkt met hernieuwbare energie. Energieminister Rob Jetten, die maandag het Nationaal Plan Energiesysteem en het Ontwerp-Programma Energiehoofdstructuur presenteert, noemt de verbouwing dan ook een „enorme opgave”. Bovendien is haast geboden. In 2050 moet Nederland klimaatneutraal zijn: de netto-uitstoot van CO2 is dan nul. „Hoe sneller wij het nieuwe energiesysteem realiseren, des te meer opties hebben we voor de transformatie van onze samenleving en economie”, schrijft Jetten in een brief aan de Kamer.
Het energiesysteem bestaat uit onder meer de energie-infrastructuur, van waar energie (zoals stroom of warmte) wordt opgewekt tot waar deze gebruikt wordt door consumenten of bedrijven. De verbouwing is ingewikkeld, omdat niet alleen de energiebronnen veranderen (van vooral aardgas en steenkool naar voornamelijk wind, zon en later kernenergie), maar ook omdat de aard van deze bronnen verschillen: wind- en zonne-energie is afhankelijk van het weer, waardoor op sommige (zonnige en winderige) dagen veel stroom wordt opgewekt, en op andere veel minder. Daardoor is ook de opslag van elektriciteit in batterijen belangrijk.
Bovendien moet er flink worden geïnvesteerd in buisleidingen voor waterstof, een belangrijke drager van energie.
Overigens zijn er nu al problemen doordat het stroomnet de toevoer van en vraag naar stroom niet altijd aankan. Er ontstaat dan congestie, een soort file in elektriciteitskabels. Enerzijds zal er volgens Jetten dan ook flink meer energie bespaard moeten worden, zegt Jetten. Toch wil het kabinet tegelijkertijd het systeem voorbereiden op de grootst mogelijke vraag aan elektriciteit, om te voorkomen dat de benodigde infrastructuur steeds weer moet worden uitgebreid. „En zelfs dan zal er gedurende periodes schaarste zijn aan energiedragers, infrastructuur, grondstoffen, ruimte en arbeidskrachten.” Bij schaarste zal energie dan ook gaan naar plekken „waar geen goed of betaalbaar alternatief is”.