In een reactie zeggen de bonden dat „alle alarmbellen” af hadden moeten gaan toen boerenorganisatie LTO dinsdagavond besloot de gesprekken te staken. Dat deed de LTO omdat er volgens hen onvoldoende stappen waren gezet om boeren en tuinders perspectief en inkomenszekerheid te bieden.

Dat leidde woensdag tot het definitief klappen van het landbouwakkoord, toen de overige partijen ook uit het overleg stapten, omdat het zonder LTO „niet geloofwaardig” is om een akkoord te sluiten, aldus voorzitter van het overleg Chris Kalden.

Volgens de bonden bood het kabinet „geen ruimte om te komen tot heldere afspraken met overheden en markt”. „Harde afspraken zijn nodig om boeren zekerheid te geven van een goed inkomen, en burgers zekerheid te geven van betaalbare en gezonde producten”, stellen ze in een verklaring.

Hoewel de sectorpartijen niet direct meespraken over een mogelijk akkoord, zeggen ze zich wel „verbonden en verantwoordelijk” te voelen voor „verdere verduurzaming van onze sectoren” en voor de „productie van gezond en betaalbaar voedsel”. Daar waren volgens de bonden al plannen voor gemaakt. „Wij gaan ervan uit dat wij hierover in gesprek blijven met het ministerie, ketenpartijen en andere stakeholders”, besluiten ze.