Pinksterappel Weesp: Geloven als Mozes en offeren als Salomo
„Zonder geloof gaat getuigen niet. Als je het lastig vindt om te getuigen, ben je wellicht te weinig op de hemel gericht.” Dat zei ds. E.C. de Waard maandag op het pinksterappel in de Grote Kerk in Weesp.
Thema van het pinksterappel, georganiseerd door jeugdvereniging ”De Kandelaar” van de christelijke gereformeerde kerk in Ouderkerk aan de Amstel, was ”Getuigen door woord en daad”.
Ds. De Waard, predikant van de hervormde gemeente in Amstelveen, sprak voor de ongeveer 250 aanwezigen over ”Getuigen door het woord”. „Waarom is getuigen belangrijk? Kan ik het Evangelie niet voor mezelf houden? Zo gaat dat toch in deze tijd? Een woord op het juiste moment gesproken is goud waard. Wanneer is dat moment er?” De Bijbel is over de noodzaak van getuigen heel duidelijk, stelde de predikant. „Wij hebben de roeping om als licht in de wereld te schijnen.”
Aan de hand van Hebreeën 11 legde de predikant uit hoe Mozes ging getuigen. „Hij wordt gevonden door de dochter van de farao. Zo komt Mozes aan het hof terecht, in het hol van de leeuw. Rond zijn veertigste levensjaar kiest hij ervoor om bij het volk van God te horen. Mozes heeft geloof, daar begint het mee. Wat hij doet, kan door het geloof en anders niet.”
Wat is dat geloof? „In Hebreeën 11 wordt duidelijk dat God het belooft. Mozes klampt zich vast aan wat God gezegd heeft. Daarom kan hij kiezen om niet bij Egypte te horen. Zonder geloof gaat het getuigen niet en kan het ook niet. Als je dat geloof niet hebt, kniel dan aan Jezus’ voeten. Namens Hem verkondig ik je: Hij wil je het leven geven.”
Als je gelooft, wordt je leven naar aardse begrippen geen groot feest, zei ds. De Waard. „Vanuit de hemel bezien, wordt het wel feest. Het leven met de Heere is het heerlijkste wat er is. En als je het lastig vindt om te getuigen, ben je wellicht te weinig op de hemel gericht. Sla je pinnen daarom niet te vast, omdat je eigenlijke woning in de hemel is.”
De familie Wakum zorgde maandag voor een muzikaal intermezzo. Ze zongen in het Maleis en Biaks, de taal van hun vader en opa uit Nieuw-Guinea. Het lied ging over het wonder van Pinksteren. ”Ku tau Tuhan pasti buka jalan”: „Ik weet dat God de weg voor mij banen zal.”
Spiegel
Ds. R. de Jong, christelijk gereformeerd predikant te Urk, sprak naar aanleiding van 1 Koningen 10, over het bezoek van de koningin van Scheba aan Salomo. Thema was ”Getuigen door daden”.
„Zo ziet de burger u”, stond er op de spiegel in de kleedkamer van de politie in Groningen, waar de predikant jarenlang als agent werkte. Ds. De Jong: „Het doet er dus toe welke indruk je maakt op de mensen om je heen. Zo was het ook in de tijd van Salomo, toen de koningin van Scheba op bezoek kwam. Zij kwam naar Salomo om de raad van de Heere te horen. Ze stelde zingevingsvragen. Waarom ben ik geboren? Waarom leef ik? Waar ga ik naartoe?”
Salomo beantwoordde al haar vragen, aldus de Urker predikant. „Jezus zegt: Meer dan Salomo is hier. Hij heeft een antwoord op al je vragen. Je krijgt niet altijd direct antwoord. Maar als je worstelt met levensvragen, dan wil Hij altijd antwoorden. Kniel je aan de voeten van de gezegende Zaligmaker?”
Salomo woonde naast de tempel. „Hij liet de koningin van Scheba zien hoe hij daar naartoe ging. Wijs jij de ander ook de weg naar de „opgang”, naar het huis van God? Mag een ander het weten dat jij naar de kerk gaat?”
Het woord ”opgang” is ook te lezen als het brengen van een brandoffer, stelde ds. De Jong. „Welke offers breng jij aan de Heere? Hoeveel tijd geef je aan het lezen van het Woord van God? Hoeveel tijd krijgt je scherm? Hoe kijk je naar Netflix? Zet je de serie uit als er wordt gevloekt? Hoe is je zaterdagavondbesteding? Mag de Heere offers van je vragen?”
In 1 Koningen 10 gloort het pinksterlicht, aldus ds. De Jong. „De koningin van het zuiden, ver buiten de grenzen, zoekt haar weg naar Jeruzalem. De Filistijn, de Tyriër, de Moren, zijn binnen u, o Godsstad, voortgebracht.”