Tijdens haar lezing ging De Groot voornamelijk in op de driehoeksverhouding tussen hulpvrager, hulpverlener en leidinggevende. „Die verhouding is niet altijd gemakkelijk. De communicatie via deze drie lijnen moet open en eerlijk zijn. We moeten elkaar dienen. Dat vraagt Gods Woord van ons.”

Zodra iemand solliciteert naar een functie bij een organisatie met een christelijke identiteit kan de sollicitant vanuit die organisatie bescherming verwachten, stelde de maatschappelijk werkende. Eenmaal aangenomen moet de werknemer goede wil tonen. „De werknemer vertegenwoordigt de organisatie. Respect, vriendelijkheid en aandacht zijn belangrijk voor een goede bejegening.”

Christenen mogen weten van Hem Die Zelf het Licht der wereld is, Die de dikste duisternis verdrijft, hield De Groot de aanwezigen voor. Hulpverleners moeten volgens De Groot doelgericht werken. „Stuur door naar de juiste deskundige als er meer of iets anders van je wordt verwacht dan het doel waarvoor je komt.”

Te grote betrokkenheid kan problemen opleveren, aldus De Groot. „Zo zijn er veel valkuilen, maar telkens bijpraten met de leidinggevende en de hulpvrager lost veel irritaties op. Spreek vooral als volwassenen met elkaar, anders dwing je de leidinggevende of de hulpvrager in de verkeerde positie”, waarschuwde de maatschappelijk werkende.