„Als ik vertel dat ik in het leger heb gezeten, reageren mensen heel verbaasd. Ze verwachten het niet en zijn ook onder de indruk”, zegt Hanusch, die van 1999 tot 2004 bij de Landmacht zat. „Dat ontroert me wel.” Tijdens een missie naar Bosnië zat ze bij de zogenoemde verbindingsdienst en onderhield ze het satellietsysteem waarmee de verschillende kampen met elkaar communiceerden.

„Mensen vergeten vaak dat we op 4 mei niet alleen de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog herdenken, maar ook oorlogen en vredesmissies daarna. Ik denk dat het goed is dat mensen zich blijven realiseren dat de vrijheid die wij hier in Nederland hebben niet vanzelfsprekend is”, zegt ze. In Bosnië heeft ze zelf gemerkt dat het ook anders kan zijn. „En als je nu kijkt naar de situatie in Oekraïne zie je dat het dichtbij vreselijk mis kan gegaan.”

Hanusch is trots dat ze zich voor ons land en voor Bosnië heeft kunnen inzetten. „Dat was ook de reden om bij het leger te gaan. Ik wilde bijdragen aan een positieve maatschappij en ik ben heel blij en trots dat ik dat heb kunnen doen.” Zowel in 2000 als 2002 werd ze uitgezonden naar het land. Hanusch kijkt er met een goed gevoel op terug. „Ik ben dankbaar dat ik over deze periode kan vertellen.” Ze weet dat dat bij sommige militairen niet het geval is, omdat zij er bijvoorbeeld fysiek en mentaal niet goed uit zijn gekomen. „Bij hen zit zo’n groot trauma dat ze hun verhaal niet kunnen delen. Sommigen voelen zich zelfs minder trots dat ze veteraan zijn. Ik ben blij dat ik ook namens hen op de Dam kan en mag staan.”

Donderdag wordt voor de Tilburgse, die tegenwoordig als kok bij een cateringbedrijf werkt, daarom een bijzondere dag. „Het zal ook heel emotioneel worden, denk ik. Mijn eigen ervaringen en de verhalen die ik van andere veteranen heb gehoord gaan dan wel door mij heen. Die twee minuten stilte zullen heel indrukwekkend zijn, dat vind ik al als ik de herdenking op tv zie.”