In het onderzoek werd gebruikgemaakt van de bewerkingstechniek CRISPR. Dat is een techniek waarmee nauwkeurig stukjes DNA verwijderd, vervangen of juist geplaatst kunnen worden in een levend organisme. CRISPR is een afweersysteem van bacteriën, maar wetenschappers hebben de laatste jaren manieren gevonden om dat systeem zelf te programmeren.

De techniek levert wetenschappelijk gezien veel mogelijkheden op, maar die kunnen nog niet zomaar worden gebruikt. De huidige Europese wetgeving is zeer streng voor alle vormen van genetische modificatie. Daar wil de Europese Commissie overigens wel verandering in brengen. Nieuwe regels zijn in de maak. Moñino-López geeft daarbij het advies om regels per product te maken op basis van „wetenschappelijk bewijs voor de biologische veiligheid van het nieuwe ras”.

In het Wageningse onderzoek werd alleen genetisch materiaal van andere aardappelsoorten gebruikt om aardappelrassen te verbeteren. Volgens de universiteit kan de techniek uiteindelijk veel schade gaan voorkomen. Jaarlijks leidt de aardappelziekte wereldwijd tot miljarden euro’s aan opbrengstverlies. Ook moeten boeren kosten maken voor gewasbeschermingsmiddelen, die slecht kunnen zijn voor het milieu. Om de bewerkte planten tegen ziekte te beschermen, zijn volgens de WUR veel minder van die middelen nodig.