Het Achterwooldsepad
Daar waar het achterland van Winterswijk de Duitse grens kust, ligt het Achterwooldsepad. De klompen hoeven niet mee, maar het landschap is prachtig.
Het Achterwooldsepad, nummer 104 op de lijst van klompenpadwandelingen, begint bij geitenboerderij De Brömmels in het buurtschap Woold achter Winterswijk. Het is een boerenbedoening oude stijl. De geiten staan in een ouderwets stalletje aan het hooi te rukken, de kaas wordt verkocht in een winkel onder balken en spanten. „Proef de Achterhoek zoals die was”, werft de website van de onderneming. Die heeft zelfs een geitenboerderij in Woold.
Over het erf van de hoeve met minicamping wandelen we het Wooldse land in, langs een met paardenbloemen bezaaid weiland naar een stukje loofbos. Daarachter begint een lange klinkerweg. Niet zo passend bij een klompenpad, maar verkeer is er gelukkig niet te bekennen. Aan weerszijden ligt coulisselandschap, met afschermingen van bomen en verrassende doorkijkjes. De Saksische hoeven zijn plaatjes. Kaasboerderij Harmienehoeve omvat ook een herberg, voor de vermoeide reiziger.
Via de Kulverweg bereiken we de onverharde Grensweg, op een steenworp afstand van Duitsland. ”Wilkommen in Rhede”, groet een bord op de grens, met daaronder: ”Welkom in Rhede”. Voor toeristen die geen Duits kennen. De bevolking aan weerszijden van de grens spreekt een mengtaaltje.
Na een slinger door een fraai stukje loofbos voert een pad naar de Roerdinkhof van Gerhard Huetink en zijn Indonesische partner Nina. De imponerende hoeve dateert uit de middeleeuwen. De huidige uitbaters runnen er een toeristisch bedrijf. Een oude schuur, volgens Huetink de oudste van Nederland, is omgevormd tot boerderijrestaurant.
Het klompenpad leidt ons over de minicamping, een slimme keuze van Huetink. Wie het terrein en het uitzicht heeft gezien, wil hier meteen staan met tent of caravan. De Hereford-koeien die er grazen wacht op een kwade dag de slacht, waarna ze in pakketvorm te koop zijn op de Roerdinkhof.
Door glooiend Achterhoeks land met langs de weg hoger gelegen esgronden wandelen we weer richting De Brömmels. Het laatste deel van het klompenpad voert door geboomte met daartussen een verscholen huisje en een wel zeer bijzondere tuin. Vol kunstwerken van natuurlijk materiaal, waaronder nog levend hout.
Net voor de geitenboerderij waar we zijn gestart, begint de verlenging van de tocht, 8 kilometer lang. Volgens kenners is dit deel –ook als afzonderlijke wandeling te lopen– nóg mooier. Afwisselender en meer een klompenpad. Het is een goede reden om hier nog eens terug te komen.