Een boog met pijlen en enkele andere Indonesische voorwerpen sieren de werkkamer van Den Hertog in de Ds. C. de Ridderschool in Nunspeet. Aan een kast hangt een tekening, gekregen van een van de leerlingen. „De deur van mijn kamer staat bijna altijd open. Soms komen kinderen iets brengen”, zegt de 65-jarige scheidend directeur.

Den Hertog groeide op in Utrecht, als zoon van een groothandelaar in fietsen en fietsonderdelen en neef van de uitgeversfamilie. Het lag voor de hand dat hijzelf ook de handel in zou gaan. Toch lokte het onderwijs hem meer. „Tijdens mijn studie aan de pabo in Gouda solliciteerde ik bij de Zending Gereformeerde Gemeenten. Ik wilde de kinderen van de zendelingen op Papoea lesgeven.” Den Hertog werd afgewezen en kreeg daarna een baan als leerkracht op de Ds. A. van Stuijvenbergschool in Nunspeet.

Irian Jaya

„Ik ging in Nunspeet wonen op enkele tientallen meters afstand van de plek waar twee jaar later de Ds. C. de Ridderschool werd gebouwd.” In 1982 trouwde hij. „In 1983 kwam ik op vakantie in Zeeland ds. C.G. Vreugdenhil tegen. Hij was op verlof in Nederland en vroeg me alsnog naar Irian Jaya te komen.” Een periode van twee jaar op het zendingsveld volgde. „Samen met mijn vrouw gaf ik les aan tien kinderen van de predikant en van twee zendingswerkers. Ons eerste kind is daar ook geboren.”

Weer in Nederland, in 1985, keerde hij terug op de Ds. A. van Stuijvenbergschool, waar hij in 1987 adjunct-directeur werd. In 1993 werd hij directeur van de Ds. C. de Ridderschool, die momenteel 273 leerlingen telt. Aanvankelijk gaf hij nog één dag in de week les aan groep 8, later viel hij af en toe een uur in. Hij bleef altijd meedraaien in het rooster van de weekopening. „Elke maandag beginnen we de week met alle kinderen in de gemeenschapsruimte.”

Welk vak gaf Den Hertog het liefst? Zonder aarzelen soms hij vijf vakken op. „Geschiedenis, Bijbelse geschiedenis, aardrijkskunde, rekenen en gym. Ik ben in meerdere landen geweest. Kinderen vinden het prachtig als je bij aardrijkskunde laat zien waar je bent geweest.”

Over welk Bijbelgedeelte vertelde Den Hertog graag? Ook daarover denkt hij niet lang na. „De koperen slang. In Jesaja staat „Wendt u naar Mij toe en wordt behouden.” Daar gaat het om. Zes jaar geleden bestond de school 35 jaar. Ik heb toen aan de dochter van ds. C. de Ridder gevraagd om een schilderij te maken van de koperen slang.”

Den Hertog staat op en loopt naar de hal, waar het schilderij hangt. Het kunstwerk toont de koperen slang, terwijl Mozes en de ouders van enkele kinderen ernaar wijzen. De directeur zegt soms vrucht te mogen zien op het werk. Soms hoort hij dat de Bijbellessen voor iemand eeuwigheidswaarde hebben gehad. Toch wil hij daar wel voorzichtig in zijn. „Het gaat niet om mij, maar om de Heere.”

Natuur

In de loop van de jaren heeft Den Hertog de kinderen naar eigen zeggen niet echt zien veranderen. „Kinderen veranderen niet, maar wel de omstandigheden waarin ze leven. De computer heeft veel invloed op kinderen. Dat apparaat trekt heel erg. Sommige kinderen moeten worden aangespoord om buiten te spelen. Gelukkig hebben we in Nunspeet veel natuur. Kinderen gaan nog steeds uit zichzelf voetballen en hutten bouwen.”

De komende maand zal Den Hertog zijn opvolger inwerken. Daarna wil hij tot zijn pensioen nog één dag per week werken. „Twee jaar geleden heb ik een openhartoperatie ondergaan. Het is gelukkig zeer goed gegaan, maar ik stop wel anderhalf jaar voor mijn pensioengerechtigde leeftijd met het directeurschap.” Ook wil Den Hertog vrijwilligerswerk doen, onder andere „ten dienste van Gods Koninkrijk”. Hij laat met vertrouwen de school achter. „We hebben als school veel gunsten ontvangen. Daar ben ik dankbaar voor.”