Palestijns echtpaar na week onder puin gered
Palestijnse hulpverleners hebben een echtpaar gered dat een week levend begraven is geweest onder het puin van hun huis op de Westoever.
Een bulldozer van het Israëlische leger had de woning van de familie Shobi in de stad Nablus vorige week met de grond gelijk gemaakt. Bij de instorting kwamen acht leden van de familie om het leven. De 68-jarige Abdallah Shobi en zijn drie jaar jongere vrouw Shams werden in een kamer onder de brokstukken bedolven.
Het echtpaar zat een week zonder licht en luchttoevoer opgesloten. Zij beschikten over één fles water, die zij in het donker regelmatig kwijtraakten en die na vier dagen leeg was. Over het lot van hun familie bleven Abdallah en Shams in het ongewisse. Het was vrijdag toen het paar de hoop op redding opgaf. „Er was geen frisse lucht, het ademen werd moeilijker en ik besefte dat wij zouden sterven”, zei Abdallah. „Ik zei mijn vrouw dat zij zich op de dood moest voorbereiden.”
Vrijdagmiddag echter hoorden de Shobi’s zachte klopsignalen, toen reddingswerkers de lijken van hun omgekomen familieleden borgen. Zij wisten de aandacht te trekken van de hulpverleners, die in het puin een gat groeven om het echtpaar te bevrijden. Abdallah en Shams hadden ernstige uitdrogingsverschijnselen en hadden aanvankelijk moeite met ademhalen, maar maakten het verder goed. Toen vernamen zij ook dat Abdallah’s oudere broer Omar (85) en twee van hun dochters en hun zoon en schoondochter en drie kleinzoons dood waren.
Het Israëlische leger wist geen bijzonderheden over de instorting van het huis van de familie Shobi. Het leger heeft gepantserde bulldozers ingezet om gebouwen waar zich mogelijk Palestijnse schutters bevinden omver te halen en ook om in de nauwe straatjes van Nablus en het nabijgelegen vluchtelingenkamp Jenin ruimte te maken voor tanks en pantserwagens.