Kinderen met kanker hebben steeds betere overlevingskansen
De overlevingskans van kinderen en tieners in Nederland die getroffen worden door kanker, is flink gestegen in de afgelopen decennia. In de jaren 90 was vijf jaar na de diagnose nog 73 procent in leven. Dat percentage is toegenomen tot 83 procent, becijfert het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL).
IKNL-onderzoeker Henrike Karim-Kos noemt het „bemoedigend om te zien dat de overleving van kinderen met kanker in de lift zit”, maar toch is er volgens haar ook nog „een hele weg te gaan”. Want kanker is nog steeds een van de meest voorkomende doodsoorzaken onder kinderen.
Het centrum heeft de cijfers op een rij gezet omdat het woensdag Wereldkinderkankerdag is. Diverse factoren spelen een rol in de betere kansen die kinderen en jongeren tegenwoordig hebben als ze kanker krijgen. Zo zijn er ontwikkelingen geweest op het gebied van diagnose en behandeling van kinderkanker, „zoals het aanpassen van de behandeling op de soort en ernst van de tumor”, legt het IKNL uit.
In 2021 kregen 556 kinderen en tieners onder de 18 jaar in Nederland de diagnose kanker. Dat aantal is al een aantal decennia redelijk stabiel. Jongens krijgen iets vaker kanker dan meisjes: 297 jongens en 259 meisjes kregen de diagnose in het jaar waarover het IKNL de cijfers heeft gedeeld.
Leukemie kwam het meeste voor, met 159 diagnoses. Daarna komen hersentumoren (123 diagnoses) en lymfomen (89).