Wetsvoorstel over dragen van messen roept kritische vragen op
De Raad voor de rechtspraak reageert kritisch op een nieuw wetsvoorstel dat het bezit en gebruik van messen op straat moet terugdringen. De Raad noemt de aanpassing van de Wet wapens en munitie „op cruciale punten onvoldoende uitgewerkt”. De Raad vraagt de minister het wetsvoorstel te verduidelijken en aan te passen.
Het wetsvoorstel moet het toenemende aantal steekincidenten een halt toeroepen. Het voorstel is om bijvoorbeeld gevaarlijke koksmessen en hobbymessen op straat te verbieden. Ook zou er een verbod moeten komen op de verkoop van messen aan minderjarigen.
De huidige Wet wapens en munitie verbiedt nu ook al het dragen van scherpe voorwerpen die letsel kunnen veroorzaken of als duidelijk is dat mensen anderen ermee willen bedreigen. Daarom moet de minister duidelijker maken waarom aanpassing van de huidige wet noodzakelijk is, vindt de Raad.
Ook staat in het voorstel dat de voorwerpen alleen in een verpakking op straat mogen worden gedragen, maar zonder toelichting. „Mogen aardappelschilmesjes bijvoorbeeld nog los worden verkocht of moeten die worden voorzien van een gesealde verpakking?”, vraagt de Raad zich af. „En als je gaat kamperen, moet je dan alle messen in afsluitbare verpakkingen opbergen, of mag je deze ook in een doek wikkelen?”
Mogelijk is een verkoopverbod aan minderjarigen te beperkend. „Denk aan een student van 17 jaar die op kamers gaat wonen en daarvoor een messenset wil kopen. Dat is onder de nieuwe wet niet meer mogelijk”, waarschuwt de Raad.