Pijn blijft na overlijden kleinkind
Het overlijden van een kleinkind doet dubbel pijn. „Voor je kleinkind en je kind.” Dat ondervond het echtpaar Bakker uit Urk. Ze willen de Heere eren. En tegelijk leeft ook de waaromvraag.
Zichtbaar geroerd pakken Jacob Bakker (50) en Alie Bakker-Roth (49) een herinneringsdoos. Op het deksel staat een foto met het handje van de kleine Jacob Ruben Romkes. Daarboven twee data: 23-9-2021 en 30-9-2021. In de doos bewaren de Bakkers onder andere kaartjes die ze kregen na het overlijden van de kleine Jacob.
Nauwgezet vertelt Alie over de gebeurtenissen uit 2021. Hun oudste dochter, Nicolien, en schoonzoon Klaas Jelle verwachtten hun tweede kindje. Dochtertje Emmalie was anderhalf jaar. Alie: „Nicolien ging naar de verloskundige in Urk voor een 20-wekenecho. Daar werd verteld dat er iets aan de hand was. Ze moesten naar het ziekenhuis in Zwolle. Het kindje bleek vocht in de buik en onder de huid te hebben. Artsen konden niets doen.” De tweede dochter van Jacob en Alie dringt er bij haar zus op aan om opnieuw naar de verloskundige in Urk te gaan. Die verwijst het jonge echtpaar naar het LUMC in Leiden.
Net aan gehaald
Het LUMC besluit dat er een operatie mogelijk is. Bij het ongeboren jongetje worden stents ingebracht om het vocht af te drijven. Alie: „Na een paar weken moest Nicolien terug naar Leiden voor nog een operatie.” Direct na de ingreep gaat bij Nicolien in de buik een bloedvat lekken. Het bloeden stopt gelukkig op tijd uit zichzelf. „Nicolien heeft het maar net aan gehaald.”
Een spannende tijd volgt. Wekelijks moet Nicolien voor controle naar Leiden. Rond de uitgerekende datum komt de bevalling op gang. In Leiden wordt een ogenschijnlijk gezonde Jacob geboren. Binnen een paar uur gaat zijn conditie echter achteruit. Al snel wordt hij aan de beademing gelegd. Nog weer een dag later moet hij aan de hart-longmachine. Het LUMC raadpleegt een Amerikaanse arts, maar ook die heeft geen oplossing. Een week na de geboorte wordt de apparatuur stilgelegd. Enkele uren later overlijdt Jacob. Onderzoek wijst naderhand uit dat hij in een vroeg stadium van de zwangerschap een lek in een van de lymfevaten moet hebben gehad. Daardoor kwam er vocht bij de longen, die vervolgens niet goed konden ontwikkelen.
Voor Jacob Bakker betekent het dat het eerste kleinkind dat naar hem is vernoemd hem ontvalt. „Er was een totale ontreddering. Je hebt dubbel verdriet, om je kind en om je kleinkind.” Het echtpaar Bakker probeert zich sterk te houden. Alie: „Nicolien had mij nodig. Ik vroeg me af waarom de Heere dit liet gebeuren. Klaas Jelle en Nicolien hebben zoveel voor hun kindje gedaan. Nicolien is er bijna voor overleden. En dan nog haalt het kindje het niet.” Jacob: „Je koopt er weinig voor als mensen zeggen dat dit moest gebeuren om jou stil te zetten.”
Getuigen
Het jonge echtpaar kan in het ziekenhuis vrijuit van hun geloof getuigen. Ook de grootouders mogen bij de mensen om hen heen de Heere grootmaken. Jacob: „Soms komen er mensen op je pad die met je praten. Ik geloof dat God engelen stuurt, ook al zie je dat niet meteen.” Beide echtparen, die bij twee verschillende christelijke gereformeerde kerken in Urk zijn aangesloten, ontvangen rond de begrafenis en ook daarna steun van hun predikanten en wijkouderlingen. Ze gaan niet bewust op zoek naar lotgenoten. Jacob: „We krijgen wel veel steun van Urkers. Mijn vrouw kan goed met een vriendin praten. Maar veel mensen vinden dat mannen hun emoties niet moeten tonen. Dat vind ik jammer, want ik heb nog steeds veel moeite met het overlijden van Jacob.”
Het echtpaar Bakker ervaart dat God hen draagt. Maar er zijn ook momenten waarop ze zich opstandig voelen. Alie: „Vroeger kon ik in de kerk voluit Psalm 68: 10 zingen: Hij kan en wil en zal in nood, zelfs bij het naad’ren van de dood, volkomen uitkomst geven. Maar dat kan ik nu niet meer hard meezingen.” Het echtpaar mag geloven dat de kleine Jacob in de hemel is. Alie: „Ondanks alles moet toch aan God alle eer toekomen.”