De Arubaanse en Nederlandse kinderen achter de dranghekken droegen oranje shirts en wapperden met Nederlandse vlaggetjes. „Amalia is hier nog nooit geweest. Zo spannend!”, zei één van hen.

De kinderen wisten dat koning Willem-Alexander zou komen, maar daarna werd het voor velen van hen ingewikkeld. „Koningin Beatrix komt ook”, werd geroepen. „Nee, koningin Amalia”, verbeterde een ander. Eén van hen wist: „Koning Willem-Alexander, koningin Máxima en prinses Amalia zijn hier twee dagen lang. Amalia vind ik het leukste; zij is the next generation.”

Veel kinderen hoopten een glimp op te vangen van de Oranjes of een high five of handtekening te krijgen, maar dat lukte lang niet iedereen.

Terwijl de koning vrijdag en zaterdag op Bonaire in een overhemd liep, was hij bij aankomst op Aruba in pak gestoken. Hij begon op het eiland met ontmoetingen met de ministerraad en met de Staten, de volksvertegenwoordigers van Aruba.

Het koningspaar en de prinses kregen van minister-president Wever-Croes een cadeau: een beeldje van een dividivi. Deze boom, symbool voor het Caraïbisch gebied, wordt gebruikt als natuurlijk kompas, omdat hij met de wind meegroeit. De koning maakte de vergelijking met Aruba, het westelijkste deel van zijn koninkrijk. „Het andere kompas”, noemde hij het land.

Een groep demonstranten stond langs de route met spandoeken met daarop teksten als ”1 Koninkrijk, waarborg gelijke rechten”. Ze overhandigden staatssecretaris Van Huffelen (Koninkrijksrelaties) een eisenlijst. De demonstranten maken deel uit van de actiegroep Aruban Warriors. Zij vertegenwoordigen de Caquetio, een inheemse indianengroep die tot de oorspronkelijke bewoners van het eiland behoorden. De groep wil vooral financiële compensatie voor goud dat Nederland in het verleden zou hebben geroofd. Het zou gaan om miljarden euro’s, die de stam wil investeren in bijvoorbeeld onderzoek naar de inheemse bevolking.

Woensdag reist het koninklijk gezelschap per schip naar Curaçao.