India schermt kritische documentaire over Modi af
Een BBC-film over de Indiase premier Narendra Modi veroorzaakt de nodige ophef. De regering van de ”grootste democratie ter wereld” verbiedt vertoning ervan. Op universiteiten kwam het tot ongeregeldheden. Buiten India klinkt bezorgdheid over beknotting van vrijheden. Vier vragen en antwoorden over de kwestie.
Waarover gaat het?
De Britse omroep BBC maakte een tweedelige documentaire over de huidige premier van India, Narendra Modi. Deel 1 van ”The Modi Question” werd vorige week woensdag in Groot-Brittannië uitgezonden en gaat over rellen tussen hindoes en moslims in de westelijke deelstaat Gujarat in 2002. Die braken uit nadat een zestigtal hindoeïstische pelgrims omkwam bij een brand in een trein. Volgens de toenmalige regering van Gujarat, met Modi aan het roer, staken moslims het vuur aan. Door de rellen kwamen zo’n 2000 mensen om, vooral moslims. Ook werden vrouwen verkracht.
In de documentaire wordt een niet eerder gepubliceerd rapport van het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken opgevoerd. Daarin staat dat Modi de politie opdroeg om een oogje dicht te knijpen, het geweld „politiek gemotiveerd” was en dat het doel van de rellen „was om moslims uit hindoegebieden te zuiveren”. De toenmalige Britse minister Jack Straw zegt dat er sterke aanwijzingen zijn dat Modi de hindoe-extremisten stilzwijgend aanmoedigde.
Dinsdag zond de BBC deel 2 uit. Daarin gaat het over Modi’s regeerperiode vanaf 2019. Rode draad in beide afleveringen is dat de circa 200 miljoen moslims (zo’n 14 procent van de bevolking) in India het zwaar te verduren hebben in het overwegend hindoeïstische land met zijn hindoenationalistische regering.
Heeft de Indiase regering gereageerd op de beschuldigingen?
De documentaire begint met een melding van de BBC dat ze de Indiase regering heeft aangeboden om te reageren op de beschuldigingen, maar dat dit is geweigerd.
Na publicatie noemde het Indiase ministerie van Buitenlandse Zaken de documentaire een „propagandastuk” en niet-objectief. Verder zouden de makers vooringenomen zijn en zou de film overduidelijk blijk geven van een „voortdurende koloniale mentaliteit”. De regering blokkeerde de vertoning ervan en verbood ook het delen van clips via sociale media in India.
In reactie op het verbod op de film zei de BBC dat voor de film onderzoek is gedaan volgens de „hoogste redactionele normen”.
Een zegsman van de regering-Biden zei woensdag dat de VS de vrije pers overal ter wereld steunen, dat het van het grootste belang is om democratische beginselen zoals de vrijheid van meningsuiting te benadrukken en dat ze dit India te kennen hebben gegeven.
De Britse premier Rishi Sunak, die van Indiase komaf is, distantieerde zich vorige week van de film.
Trekt de bevolking zich wat aan van het verbod?
Critici bestempelen het verbod als een aanval op de persvrijheid. Met name studenten negeren het decreet. Op de universiteit Jamia Millia Islamia in New Delhi kondigde woensdag een studentengroep aan de documentaire te gaan vertonen. De politie greep in en verrichtte tientallen arrestaties.
Een dag eerder organiseerde een studentenvereniging een vertoning op de Jawaharlal Nehru Universiteit (JNU) in New Delhi. Voorafgaand sloot de universiteit de stroom- en internetvoorziening op de campus af. De leiding van de universiteit vreesde verstoring van de vrede en harmonie op de campus. Desondanks ging de vertoning door: studenten bekeken de documentaire op hun mobiele telefoon. Volgens Indiase media kregen studenten die de film keken stenen naar hun hoofd geslingerd.
Eerder deze week organiseerden studenten vertoningen op universiteiten in het zuiden van het land. Leden van de oppositie, journalisten en activisten deelden intussen massaal links naar de film.
De regering doet verwoede pogingen om de documentaire buitenslands te houden en droeg YouTube en Twitter op hieraan mee te werken. Zij voldeden hieraan, waarna critici de techbedrijven verweten bij te dragen aan het verder uithollen van vrijheden in India. Op een internationale lijst van persvrijheid staat het land op plaats 150 van de 180.
Snijden de beschuldigingen aan het adres van Modi hout?
Zijn reactie op de rellen in 2002 is Modi’s achilleshiel en achtervolgt hem al lang. De Indiase president wees de beschuldigingen altijd van de hand. Het Indiase hooggerechtshof concludeerde in 2012 in een rapport van 541 pagina’s geen bewijs te hebben om hem te vervolgen. Vorig jaar verwierp het hooggerechtshof een verzoekschrift dat was ingediend door de vrouw van een in 2002 vermoord slachtoffer. Haar stelling dat politieke leiders van Gujarat samenspanden om de rellen toe te staan, noemde het hof ongegrond.
Desondanks is de discussie over Modi’s aandeel niet verstomd. Opmerkelijk is dat de man lange tijd de VS niet in mocht vanwege ‘Gujarat’. Niet het oordeel van het Hooggerechtshof in 2012 was reden om dit verbod in te trekken, maar Modi’s verkiezing tot premier in 2014. Voor de VS gelden India nu als belangrijke bondgenoot om China te beteugelen.