Ds. Messemaker 25 jaar predikant: Vrede ervaren in de woestijn
Als jongen was hij verlegen en durfde hij niet voor een groep te spreken. Nu draagt ds. M. Messemaker, hervormd predikant in Cillaarshoek én docent, het Evangelie vrijmoedig uit. Woensdag stond hij 25 jaar in het ambt.
Talloze malen bezocht ds. Messemaker Israël, onder meer als reisleider voor gemeenteleden, vwo-scholieren en particuliere groepen. Deze maand deed hij er een nieuwe ervaring op. Na de „uitermate drukke tijd” rond Kerst en de jaarwisseling reisde hij met een broer naar het land van de Bijbel. Ze gingen er wandelen in de Negevwoestijn, vertelt de predikant in de woonkamer van zijn huis in Ridderkerk-Bolnes, pal aan de Nieuwe Maas.
„In de Bijbel speelt de woestijn een belangrijke rol. Het was een wonderlijke ervaring om daar te wandelen. Een stille en desolate plek, waar de zon brandt, ook in januari, en de kleuren op je af komen. Dat doet iets met je, ook geestelijk. Als alle stemmen zwijgen, ben je daar met de Heere en met jezelf. Ik ervoer een stille vrede en kwam onder de indruk van Gods majesteit.”
De nachten brachten de predikant en zijn broer door in een Arabisch hotel in Oost-Jeruzalem. „Het zat vol islamitische pelgrims. Wij waren zo’n beetje de enige westerlingen. Ik ontmoette er ook Selçuk Öztürk, voormalig leider en kamerlid van de politieke partij DENK. We hebben lang gepraat over politiek, geloof en zijn verhouding tot het gereformeerd protestantisme.”
Visserman
Marinus Messemaker groeit op in een „warm” hervormd gezin in Katwijk. „In ons gezin en onze familie ervoer ik de vreze des Heeren. Het verbond, een eenzijdig werk van God, stempelde het geloofsleven. Mede door de gevaren van de zee was er ook een besef van diepe afhankelijkheid van de Heere.”
Als klein kind heeft hij „een onbestemd verlangen om in de dienst van God werkzaam te worden”. Tegelijk lijkt het predikantschap voor hem „onbereikbaar”. „Mijn vader was een ongeschoolde visserman en in de familie werkte bijna iedereen op zee of in de bouw. Zelf wilde ik ook graag naar zee.”
Via de mavo, de havo en het atheneum gaat hij uiteindelijk toch naar de universiteit om theologie te studeren. „De Heere heeft deuren geopend, soms op een wonderlijke manier. Ik was bijvoorbeeld heel verlegen. Als ik voor een groep moest spreken, sloeg ik dicht. Maar de Heere hielp me daardoorheen.”
Tranen
Op 25 januari 1998 wordt kandidaat Messemaker door ds. W. Chr. Hovius bevestigd in de hervormde gemeente in Kamerik, een Utrechtse plattelandsgemeente. „Ik had een verlangen om het Woord van de Heere te verkondigen en toen ik dat eenmaal mocht doen, gaf dat veel vreugde. Als ik daar nu aan terugdenk, besef ik: wat heb ik enorm veel over de mensen uitgestort. Het móést er gewoon uit.”
Na vijf jaar neemt hij een beroep aan naar de hervormde gemeente in Oud-Beijerland. Daarna volgen Monster, Woudenberg, Nijkerk en Cillaarshoek. De predikant is steeds zo’n vier of vijf jaar aan een gemeente verbonden. „Dat is in zekere zin kort. Maar mijn vrouw en ik hebben altijd tegen elkaar gezegd: Als de Heere wil dat we opbreken en verder trekken, zullen we volgen. Dat ging bijna altijd gepaard met tranen, ook in het gezin. Zelf hecht ik me snel aan mensen en vind ik loslaten moeilijk.”
Vanaf 2010 geeft ds. Messemaker een ochtend in de week godsdienst op het reformatorische Wartburg College, locatie Guido de Bres in Rotterdam. Gaandeweg groeit het verlangen om meer in het onderwijs werkzaam te zijn. „Ik heb daar gaven voor gekregen die ik mag gebruiken. Tegelijk weet ik me geroepen als predikant. Ik heb nooit overwogen om te stoppen als gemeentepredikant.”
Sinds 2021 werkt ds. Messemaker twintig uur per week als docent op de Rotterdamse school. In september van dat jaar wordt hij in deeltijd verbonden aan de kleine hervormde gemeente in Cillaarshoek, een gehucht onder de rook van Rotterdam. „Ik heb duidelijk ervaren dat God me daar bracht. Deze gemeente had in de jaren vijftig voor het laatst een eigen predikant gehad. Daarna verleenden emeritus predikanten of studenten er bijstand in het pastoraat.”
Lange tijd werd er alleen op zondagochtend een dienst gehouden, vertelt ds. Messemaker. „Vanaf eind jaren tachtig deed C. Gielen, nu emeritus predikant in de Hersteld Hervormde Kerk, er pastoraal werk. Hij is begonnen met een tweede dienst op zondag, op hoop tegen hoop.”
Dat de gemeente na tientallen jaren nu een eigen predikant heeft, geeft „een eigen dynamiek”, merkt ds. Messemaker. „Het aantal kerkgangers is in ruim een jaar tijd meer dan verdubbeld. Het zijn er nu zo’n honderd, onder wie veel jonge gezinnen.”
Vrijwel dagelijks heeft ds. Messemaker contact met jongeren, zowel in de gemeente als op school. Welk gevoelen komt er als eerste bij hem boven als hij aan hen denkt? Na een korte stilte: „Ik heb veel hoop voor onze jongeren. Waarom? Omdat we een God hebben van het verbond, Die niet laat varen de werken van Zijn handen.”
Intussen beseft hij dat de wereld aan jongeren trekt, „meer nog dan waar wij bang voor zijn. Denk alleen al aan de sociale media. De invloed die vloggers en influencers op onze jongeren hebben, is verbijsterend. Maar ik wil niet in de valkuil stappen om alleen maar ach en wee te roepen. Neem jongeren serieus, luister naar hen en geloof dat we een God hebben Die wonderen doet.”
Als hij op de preekstoel staat, heeft de predikant nadrukkelijk ook de jongeren op het oog. „We moeten hen in een begrijpelijke taal aanspreken. Dat vraagt steeds weer om een vertaalslag, want onze taal is voor jongeren vaak onbegrijpelijker dan we als predikanten vermoeden. Laten we hen bovendien niet altijd op hun kop geven, maar ze vooral warm maken voor het dienen van de Heere, en uitdragen dat het heerlijk is om Jezus Christus te kennen.”