Rem op bouw nieuwe woningen
Bouwbedrijven in Nederland leveren in 2023 en 2024 bijna een tiende minder woningen op dan vorig jaar. Dat meldde het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) donderdag.
De gestegen kosten voor bouwmaterialen en hogere rentes zetten volgens het onafhankelijke onderzoeksbureau een rem op de bouw. Daarnaast kregen bouwers eind 2022 te maken met een stikstoftegenvaller die waarschijnlijk meespeelt in de krimp.
De totale bouwproductie, waarbij bijvoorbeeld ook verbouwingen en wegenbouw meetellen, daalt dit jaar naar verwachting met 1,5 procent. In 2024 volgt in de basisraming van het EIB nog eens 2 procent krimp.
Onderzoekers van het EIB spreken van een keerpunt, dat voor een groot deel samenhangt met de Russische inval in Oekraïne. Die zorgde voor fikse prijsstijgingen voor brandstoffen en bouwmaterialen. Ook investeringen in vastgoed zijn minder aantrekkelijk geworden. Alleen het verbouwen en herstellen van woningen en gebouwen is de komende jaren nog een groeimarkt, omdat er meer geld naar verduurzaming gaat.
Volgens vastgoedadviseur CBRE dalen de opbrengsten van nieuwbouwprojecten, maar stijgen de bouw- en grondkosten, net als de financieringskosten. Ook zorgt onzeker beleid van de overheid voor terughoudendheid bij investeringen in nieuwbouwwoningen. Een impasse op de nieuwbouw-woningmarkt ligt daarom op de loer.
Vorig jaar groeide de bouw nog wel dankzij de extra bouwvergunningen die een jaar eerder werden afgegeven. Maar volgens het EIB was de toename veel geringer dan verwacht. Hierbij speelde mee dat gemeenten minder vergunningen afgaven voor bouwprojecten. Daarnaast maakte de rechter in november een einde aan de vrijstelling waarmee bouwprojecten automatisch toestemming kregen om stikstof uit te stoten, wat de bouw extra vertraging opleverde.
Bottleneck
De nieuwe vooruitzichten zijn slecht nieuws voor minister Hugo de Jonge voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Om het woningtekort op te lossen wil hij dat er jaarlijks 100.000 nieuwe woningen in Nederland bij komen. Dit en volgend jaar blijft het aantal reguliere nieuwe woningen waarschijnlijk steken op 70.000, verwacht het EIB.
Volgens Martin van Rijn, voorzitter van woningcorporatiekoepel Aedes, staan de corporaties klaar om hun nieuwbouwproductie te verhogen. „Als er betaalbare bouwgrond is en er geschikte locaties zijn, kunnen wij aan de slag.”
Van Rijn, die in 2020 nog tijdelijk minister van Medische Zorg was, zegt dat locaties „vaak de bottleneck” zijn. „Dat hangt samen met de grondprijs. We zitten in een woningcrisis, de urgentie is hoog, het kan niet zo zijn dat bouwlocaties ongebruikt blijven liggen omdat er nu even wat minder rendement te behalen is”, zegt hij over de situatie.
Minister De Jonge mag „daar meer regie op nemen”, vindt Van Rijn. „Wie nu niet wil bouwen, laat zijn beurt voorbijgaan. Woningcorporaties staan te springen om die locaties.”