Kerk & religie

„Alle volken, daaronder vallen ook de doven”

„Een gewone predikant voor doven.” Zo typeert ds. A. Dingemanse, christelijk gereformeerd predikant in dienst van het Interkerkelijk Dovenpastoraat, zichzelf. Dinsdag was hij 25 jaar predikant. „Jezus zegt: Gaat dan heen en onderwijst alle volken. Daartoe behoren ook de doven.” Portret van een bevlogen dovenpastor.

G. R. Harbers
12 January 2005 10:51Gewijzigd op 14 November 2020 02:06
ZWOLLE – Ds. A. Dingemanse, als pastor in dienst van het Interkerkelijk Dovenpastoraat, toont het gebaar ”Jezus Christus” in doventaal. „Gaat dan heen en onderwijst alle volken. Daartoe behoren ook de doven.” Foto Dick Vos
ZWOLLE – Ds. A. Dingemanse, als pastor in dienst van het Interkerkelijk Dovenpastoraat, toont het gebaar ”Jezus Christus” in doventaal. „Gaat dan heen en onderwijst alle volken. Daartoe behoren ook de doven.” Foto Dick Vos

Ds. Dingemanse preekt in diensten voor horenden regelmatig over de geschiedenis uit Markus 7. Daarin neemt de Heere Jezus een dove man apart. Hij steekt Zijn vingers in de oren van de man en doet speeksel op tong van de dove. Ten slotte zegt Hij: ”Effatha”. Volgens de predikant een heel leerzame geschiedenis voor horenden. „Als je persoonlijk met een dove wilt communiceren, moet je hem ook apart nemen - net zoals Jezus dat deed. Het de vingers in de oren steken en speeksel op de tong doen, is gebarentaal.”

Stellig: „Zo wil ik laten zien dat Hij er óók was en is voor doven. Want ze zijn vaak een randgroep in de gemeente en dreigen daardoor buiten de boot te vallen.”

De christelijke gereformeerde predikant is een van de drie dovenpastores in dienst van het Interkerkelijk Dovenpastoraat. Dit samenwerkingsverband van PKN en CGK stelt de drie pastores in staat om dovendiensten en het ambtelijk werk te verrichten binnen de aangesloten kerkgenootschappen. Ds. Dingemanse is pastor voor de regio Noord. „Het is een gemeente van meer dan 400 dove mensen.”

De dovenpastor wil niet alleen betrokkenheid met de dove medemens kweken, maar ook de moeilijke financiële situatie van het dovenpastoraat onder de aandacht van gemeenteleden brengen. „Gemeenten die geen doven kennen in de kerk, weten niet van ons bestaan of denken daar niet aan. Dan wordt er vaak niet gecollecteerd.”

Ds. Dingemanse is via een ’omweg’ predikant geworden. „Ik ben opgegroeid binnen de Gereformeerde Gemeenten. Al jong sprak het geloof mij aan en had ik het gevoel dat ik wat moest doen binnen de kerk. Toch ging ik in Utrecht natuurkunde studeren. Maar de roeping bleef.” In zijn studententijd maakte hij de overstap naar de Christelijke Gereformeerde Kerken.

Na zijn overgang stelde Dingemanse zich opnieuw de vraag „of ik mijn leven in dienst Van God wilde stellen.” Hij kreeg er „een bevestigend antwoord op. Na mijn kandidaats natuurkunde, waarvoor ik inmiddels was geslaagd, ben ik de vooropleiding theologie gaan doen in Utrecht. Mijn propedeuse heb ik daar gehaald. Daarna ben ik in Apeldoorn theologie gaan studeren. Uiteindelijk was ik na elf jaar studeren klaar.”

De betrokkenheid van Dingemanse bij doven dateert van enkele jaren na zijn bevestiging tot predikant van de christelijke gereformeerde kerk in Arnhem. „Dovenpastor ds. De Jonge betrok mij bij de commissie die diensten voor doven organiseerde. Doven zeiden tegen mij dat ze tijdens mijn preken goed konden liplezen. Daarna ging het eigenlijk vanzelf; ik nam lessen in gebarentaal en naast de gewone diensten ging ik voor in dovendiensten.”

Tien jaar was ds. Dingemanse predikant in Arnhem. Eén jaar was hij in die periode legerpredikant. „De synode stuurde in die tijd een brief waarin werd gevraagd of iemand het mogelijk niet als zijn roeping zag om in het leger te dienen als predikant. Die roeping trok me, zodoende heb ik ook in het leger gediend.”

In 1990 vertrok ds. Dingemanse naar Assen. In deze tijd vroeg de synode hem om zitting te nemen in het deputaatschap voor dovenpastoraat. „Ik leerde toen de organisatorische zijde van het dovenpastoraat kennen. Langzamerhand leerde ik alle ins en outs van het dovenpastoraat kennen. Daar zie ik nog steeds Gods hand in. Ik ben toen klaargemaakt door Hem om te dienen voor doven.”

In 1996 werd een opvolger voor Ds. De Jonge gezocht. Lachend: „Ik heb toen gereageerd op de advertentie die ik zelf heb helpen opstellen en werd benoemd als dovenpastor.”

Bijna wekelijks gaat de pastor, lid van de christelijke gereformeerde kerk in Zwolle maar als predikant verbonden aan die van Assen, voor in diensten voor doven, op zaterdag en zondag. In de breedte van zijn kerkverband. „Laat ik zeggen: van Zwolle en Groningen tot Urk-Maranatha.

Preken voor dove mensen is moeilijk. Ds. Dingemanse: „In mijn beginjaren maakte ik eerst een preek en zette die dan over in gebarentaal. Later werd dat andersom.”

Een preek moet qua taalgebruik eenvoudig zijn, aldus de predikant, „maar niet kinderlijk. De problematiek die ik aansnijd, de vragen die aan de orde komen, zijn volwassen. Afgelopen zondag heb ik bijvoorbeeld gesproken over de zeebeving en de vele vragen die deze oproept.”

Het persoonlijke pastoraat raakt ds. Dingemanse het meest. „Samen de Bijbel bestuderen, luisteren naar wat die ons te vertellen en te leren heeft. Om zo de liefde van God door te geven. Dat is het mooiste om te doen. Dan blijkt ook hoe groot de leergierigheid van doven is: ze drinken de kennis in.”

Tijdens hun opvoeding hebben doven vaak te weinig geestelijk voedsel gehad, is zijn ervaring. „Dat komt omdat het zo moeilijk is om met hen te communiceren over geloofszaken. Ouders zijn blij als een tienjarige dove de Kijkbijbel, die bedoeld is voor kinderen vanaf vier jaar, begrijpen.”

De techniek speelt een grote rol in het dovenpastoraat. Dingemanse: „Communicatie met dove mensen wordt door de moderne techniek zo veel makkelijker. Jaren geleden ging ik op bezoek bij een man die doof en slechtziend was. Hij kon alleen nog bij zijn vrouw liplezen. Bidden met hem ging niet. Totdat ik een laptop tot mijn beschikking kreeg. Ik kwam ermee bij hem, en typte met de grootst mogelijke letters een woord. En wat gebeurde: hij kon het lezen! Er was weer contact mogelijk. We konden weer samen bidden. Op dat moment sprongen de tranen me in de ogen.”

Sinds enkele maanden heeft het dovenpastoraat een eigen website: www.dovenpastoraat.nl. „De site is uit nood geboren, omdat de NOS de diensten die de kerken beleggen niet meer op teletekst wilde zetten. Doven konden dus niet meer weten waar er gepreekt werd buiten hun eigen regio.”

Blij is ds. Dingemanse met de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV), omdat veel moeilijke woorden zijn vervangen. Hij noemt een voorbeeld: „Scharen uit de Statenvertaling is in de NBV vertaald als mensenmassa’s. Doven associëren het woord scharen met knipscharen.” De predikant maakt er de beweging bij van een knipschaar in de lucht. „Er kunnen dan gemakkelijk misverstanden ontstaan.”

Om zulke problemen te voorkomen, gebruikt ds. Dingemanse tijdens zijn diensten een laptop en beamer om daarop de liturgie te tonen. „De liederen worden geprojecteerd en met de muisaanwijzer geven we aan wat de gemeente zingt.”

Na 25 jaar is Dingemanse nog altijd niet uitgeleerd. „Ik ga een cursus volgen om met doofblinde mensen contact te kunnen hebben. Dat doen we door de handen tegen elkaar te leggen en dan de gebaren te laten voelen. Waarom? Jezus zegt: „Gaat dan heen en onderwijst alle volken.” En daartoe behoren ook deze mensen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer