Overijssel bedenkt oplossing voor PAS-melders
Overijssel heeft een oplossing gevonden om de zogeheten PAS-melders –boeren zonder natuurvergunning– te helpen. Daardoor is handhaving niet langer noodzakelijk, verwacht het provinciebestuur.
Overijssel stelt in 2023 een bemestingsverbod in op de circa 2000 hectare landbouwgrond die de provincie zelf in eigendom heeft. Deze grond verpacht ze jaarlijks aan drie- tot vierhonderd boeren.
Door er niet bemest mag worden, gaat de uitstoot van stikstof en daarmee de belasting van kwetsbare natuur omlaag. Die ruimte gebruikt Overijssel om het teveel aan stikstofuitstoot van PAS-melders die in een handhavingstraject zitten, te compenseren.
Het gaat om een tijdelijke oplossing voor in eerste instantie één jaar, zei gedeputeerde Tijs de Bree (Handhaving) vrijdag. Afhankelijk van het verloop van het legaliseringsprogramma van het Rijk kan de maatregel zonodig worden verlengd. De Bree rekent erop dat de oplossing juridisch houdbaar is.
Omdat de gebruikers door de beperking minder profijt hebben van de grond –zij moeten onder meer een deel van hun mest elders zien af te zetten-–verlaagt de provincie de pachtprijs. Dit kost Overijssel naar schatting 1 à 1,5 miljoen euro.
Demonstratie
Volgens De Bree levert de maatregel ruimschoots voldoende stikstofruimte op om de nog niet vergunde stikstofuitstoot van 24 PAS-melders volledig te compenseren. Onder hen zijn ook de drie veehouders die recent al een aanzegging van de provincie kregen. Als deze drie hun stikstofuitstoot niet zouden verminderen, dreigden forse boetes. Dat leidde tot grote onrust onder Overijsselse boeren. Tot twee keer toe was er een demonstratie met trekkers bij het provinciehuis.
Tien andere Overijsselse PAS-melders bij wie handhaving dreigde, worden met de maatregel gedeeltelijk geholpen. De Bree legt uit dat ‘uitgespaarde’ stikstof moet matchen met de stikstofbelasting die bedrijven op beschermde natuur veroorzaken. Die puzzel klopt in deze gevallen niet precies.
Mogelijk wordt voor deze knelgevallen alsnog een oplossing gevonden. Gedeputeerde Gert Harm ten Bolscher (Landbouw) heeft daartoe contact met andere terreinbeheerders zoals natuurorganisaties, waterschappen en gemeenten. „De reacties zijn positief. Niemand wil dat deze mensen vermalen worden”, zegt de SGP’er.
Ten Bolscher is opgelucht. „Wij zien de pijn en het verdriet als we bij gezinnen aan de keukentafel zitten. Hiermee kunnen we rust bieden totdat het Rijk met een definitieve oplossing komt.”
De PAS-meldersproblematiek speelt in het hele land. Milieuorganisatie Mobilisation for the Environment (MOB) heeft via de rechter in verschillende provincies handhavingstrajecten afgedwongen. Overijssel gaat de eigen oplossing voorleggen aan de andere provincies.
De Bree heeft vrijdag minister Christianne van der Wal (Stikstof) op de hoogte gebracht. Hij kon niet zeggen of de minister de Overijsselse maatregel steunt.
Ten Bolscher gaat daar wel vanuit. Hij zinspeelde eerder in het Reformatorisch Dagblad al op de huidige aanpak. De minister liet toen weten dat zij positief staat tegenover „het oplossingsgerichte denken van Overijssel” om handhaving bij PAS-melders te voorkomen.
PAS-melders zijn ondernemers –overwegend agrariërs– die tussen 2015 en 2019 zonder natuurvergunning hun bedrijf konden aanpassen of uitbreiden. Onder de toenmalige wetgeving, de Programatische Aanpak Stikstof (PAS), konden zij volstaan met een melding. In 2019 stelde de Raad van State de PAS echter buiten werking.
Een kleine 2500 PAS-melders hebben daarom alsnog een natuurvergunning nodig. Omdat de wetgeving niet deugde, heeft het Rijk toegezegd hun situatie uiterlijk begin 2025 te legaliseren. Daardoor is stikstofruimte nodig, maar die is nog onvoldoende beschikbaar. Bovendien zijn er meer kapers op de kust, waaronder Schiphol en Rijkswaterstaat.