Vissers weigeren teruggooien ensis

minister Verburg geen natuurbeschermingsvergunning krijgen voor het opvissen van mesheften (ensis) in de Oosterschelde. De vissers vinden dat de minister het paard achter de wagen spant, want de langwerpige schelpdieren komen als bijvangst mee met de zagers en pieren waarvoor ze wel een vergunning hebben gekregen. „Het terugstorten overleven ze niet omdat ze zich niet meer kunnen ingraven in de bodem van de Oosterschelde”, zeggen de twee vissers, die uitsluitend op zeeaas vissen. Naar hun mening kunnen de beestjes beter aan boord worden gebracht om te worden verkocht aan hengelaars. Het zou gaan om enkele duizenden kilo’s per jaar. Voor de vangst van zagers en pieren moet de bodem worden omgeploegd.

De twee vissers hebben een zogeheten Habitattoets laten uitvoeren door een ecologisch onderzoeksbureau in Bergen op Zoom. LNV heeft de rapportage beoordeeld, maar concludeert dat onvoldoende bewezen is dat de mesheften doodgaan als ze worden teruggegooid.

De provincie Zeeland wil de vissers het voordeel van de twijfel geven. Het klopt volgens de provincie dat er veel sterfte is onder teruggegooide mesheften. Maar het verlenen van een natuurbeschermingsvergunning kan er ook toe leiden dat er gericht gevist gaat worden op de dieren. Zeker als er geld mee te verdienen valt. De provincie wil dat LNV een natuurbeschermingsvergunning geeft voor het vissen op ensis in hetzelfde gebied waar momenteel de bodem omgeploegd mag worden voor zagers en pieren.

De provincie wijst erop dat voldoende aanbod van zeeaas voorkomt dat hobbyvissers hun eigen zeeaas gaan vangen. Dat levert veel meer schade op aan het beschermde natuurgebied. De Zeeuwse Milieufederatie is tegen. „Aangespoelde mesheften graven zich ook opnieuw in, dus waarom teruggegooide niet?”

Uitspraak van de Raad van State binnen zes weken.

Vissers weigeren teruggooien ensis

Binnenland

RD.nl in uw mailbox?