Kamerlid René Peters (CDA) herhaalt zijn pleidooi om per wet te regelen dat leerlingen geen smartphone mogen gebruiken. Hij is ervan overtuigd dat dit „een echt concreet probleem” oplost. „Als ze mobieltjes in de hand hebben, dan wordt er niet geleerd.” Hij denkt dat leraren nu veel druk ervaren om smartphones toch toe te staan, omdat bij andere leraren en scholen dat wel mag. Door één lijn te trekken gaat die groepsdruk weg.

Gert-Jan Segers van de ChristenUnie vindt dat niet de overheid, maar de leraar gaat over de regels in de klas. „Is het proportioneel om onmiddellijk al naar een wettelijk verbod te grijpen?”, vraagt hij zich af. Hij voelt er meer voor om scholen aan te moedigen om geen smartphones toe te staan tijdens de les.

Ook Paul van Meenen (D66) vindt het te ver gaan om op deze manier te bepalen wat er in de klas gebeurt. Hij vreest voor een glijdende schaal en dat het kabinet later vaker gaat bepalen wat er moet gebeuren in de les. „Wanneer gaan we nu wel of niet ingrijpen?”

Zohair El Yassini (VVD) merkt op dat smartphones op veel nuttige manieren worden gebruikt in het onderwijs, bijvoorbeeld voor roosters of quizzen tijdens de les. Bovendien vindt hij dat leerlingen ook moeten leren om hun mobiele telefoon weg te leggen om zich te kunnen concentreren.