Ondernemers: belangrijke stappen voor hulp arme landen op COP27
Ondernemersorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland noemen het „belangrijk” dat er op de VN-klimaattop in Egypte stappen zijn gezet om arme landen te helpen met klimaatschade en de aanpassing aan het veranderende klimaat. „Juist het Nederlandse bedrijfsleven en de kennisinstituten kunnen hierbij een belangrijke rol spelen”, schrijven de lobbyclubs in een eerste reactie. Daarbij verwijzen ze ook naar de Nederlandse kennis van de strijd tegen het water.
De in Sharm-el-Sheikh bijeengekomen landen zijn het onder meer eens geworden over een fonds voor ontwikkelingslanden die schade oplopen door de gevolgen van klimaatverandering, zoals droogte of extreem weer. Maar een aantal partijen, waaronder de Europese Unie, wilden in ruil voor het klimaatschadefonds wel dat landen meer gingen doen om verdere opwarming te voorkomen. Dat is niet gelukt om er doorheen te krijgen.
VNO-NCW en MKB-Nederland stellen dat ze de „exacte uitkomsten van COP27” nog nader gaan bestuderen. Voor het Nederlandse bedrijfsleven is het volgens de ondernemers bovenal cruciaal dat er verder gewerkt wordt aan de nationale uitvoering van alles wat is afgesproken in het coalitieakkoord en door de Europese Unie in Brussel.
„Uitvoeren, uitvoeren, uitvoeren. Daar gaat het om de komende jaren”, klinkt het bij de organisaties. „Daarvoor moeten we onder meer de processen voor de aanleg van nieuwe energie-infrastructuur versnellen, zodat de grote transities bij bedrijven - waarvoor de plannen gereed zijn - ook daadwerkelijk kunnen plaatsvinden.”
Oud-topman van speciaalchemiebedrijf DSM Feike Sijbesma liet zondag in televisieprogramma Buitenhof een gemengde reactie horen op de uitkomst van de klimaattop. „Als ik terugkijk denk ik dat het deels moeilijk was, deels misschien ook hoopgevend en deels ook teleurstellend”, zei Sijbesma die tegenwoordig onder meer voorman is van de Alliance of CEO Climate Leaders waarbij veel bedrijfsbazen zijn aangesloten.
Dat het moeilijk was komt volgens hem onder meer omdat de leiders van China en Rusland er niet waren. Het hoopgevende zit hem er in de ogen van Sijbesma in dat zaken als het aanpassen aan klimaatverandering en de voedselvoorziening hoog op de agenda zijn komen te staan. Hij vindt het evenwel teleurstellend dat er rond het fonds voor ontwikkelingslanden nog veel onduidelijk is en dat er niet meer verdergaande afspraken zijn gemaakt.